De schaatsbond schrijft: "De Dopingautoriteit heeft de KNSB geïnformeerd over een mogelijke dopingovertreding tijdens een marathonwedstrijd door Thom van Beek. De analyse van het B-deel van het urinemonster heeft de eerdere uitslag van het A-deel bevestigd. Het gaat om een positieve test op recombinante human erythropoetin (rh-EPO). De KNSB heeft inmiddels aangifte gedaan bij de tuchtcommissie van de KNSB."
In het persbericht van de KNSB reageert ook Van Beek zelf op de positieve test: “De melding dat ik als schaatser bij een dopingzaak betrokken ben geraakt is correct. Ik ben oprecht verbijsterd en heb geen EPO gebruikt, nu niet en ook in het verleden niet."
"Ik ben mij er overigens van bewust dat ik met deze uitspraak de schijn tegen mij heb, in het verleden zijn er sporters geweest die eerst hebben ontkend en waarbij later toch doping gebruik is vastgesteld. Ik zal er dan ook alles aan doen wat in mijn macht ligt om de oorzaak te achterhalen en te bewijzen dat ik onschuldig ben. Onderzoeken met gerenommeerde wetenschappers op dopinggebied zijn inmiddels gestart."
"Ik voel mij gesterkt door dopingzaken uit het verleden, zoals die van de Belgische triatleet Rutger Beke, die eerder hebben aangetoond dat een beschuldiging van EPO gebruik toch geleid heeft tot een onvoorwaardelijke en onberispelijke vrijspraak. Uiteraard respecteer en onderschrijf ik de doping regels in Nederland en ben ik voorstander van dopingvrije sportbeoefening.”
De KNSB benadrukt dat de bond staat voor eerlijke, integere en gezonde sport en te allen tijde tegen het gebruik van doping is. "De KNSB neemt deze zaak zeer serieus en heeft Van Beek op 11 februari 2016 een ordemaatregel opgelegd. De bond wacht de uitspraak van de tuchtcommissie van de KNSB af."