De internationale schaatsbubbel begon met het gecombineerde EK Allround & Sprint in Thialf (16-17 januari) en eindigde via twee World Cups met de WK Afstanden (11-14 februari). Afgezien van enkele 'grensgevallen' bleven alle betrokkenen in de Friese ijstempel en in de vier hotels negatief. "Technisch directeur Maurits Hendriks van sportkoepel NOC*NSF was hier zaterdag en hij zei het heel treffend: 'Heel de wereld kijkt met ons mee'. Dat geeft aan dat we iets heel bijzonders hebben gedaan met elkaar", aldus een trotse De Wit.
Toch had het niet eens zo veel gescheeld of er waren dit seizoen geen enkele internationale wedstrijden verreden. De ISU zette aan het begin van het seizoen een streep door de eerste vier World Cups en liet een maand later weten dat er in 2020 geen bubbel in Nederland zou komen. Dankzij het harde werk en de vele inspanningen van de KNSB, House of Sports en Thialf gaf de ISU toch nog groen licht voor een bubbel in 2021. "En nu krijgen we alleen maar lovende reacties van het ISU-bestuur. Ze waren heel blij dat we deze wedstrijden konden organiseren, omdat je in de hele wereld ziet dat het niet kan. Natuurlijk zaten ze strak op de regels, maar dat is logisch."
De Wit kan niet ontkennen dat het organiseren van een dergelijk evenement 'enorm arbeidsintensief' is geweest. "Noem het gerust een tropenjaar. De organisaties die geholpen hebben, hebben onder hoogspanning gestaan. Veel mensen kijken er van de buitenkant naar en denken: het ziet er mooi en makkelijk uit, maar ze vergeten weleens dat we vóór de Kerst al zijn begonnen met drie NK's in het bubbelconcept en daarna een WK Kwalificatietoernooi", aldus De Wit, die niet uitsluit dat de ISU de Nederlandse aanpak als blauwdruk gaat gebruiken voor andere toernooien. "Als het volgend jaar weer op deze manier moet, gaan we het gewoon weer doen."
Testevent
Het komend seizoen staat vooral in het teken van de Olympische Spelen, die van 4 tot en met 20 februari in Peking plaatsvinden. Normaal gesproken zouden de WK Afstanden een jaar voor de Spelen worden afgewerkt in de olympische hal, maar de coronacrisis hield die wedstrijd tegen. Om alsnog feeling met de baan te krijgen, wordt er hard aan gewerkt om een testwedstrijd in de 'Ice Ribbon' te organiseren. Als het aan De Wit ligt, worden de World Cups in Noord-Amerika vervangen door World Cups in China. "Dat zou wel wenselijk zijn, maar aan de andere kant hebben we dan wel te maken met coronaprotocollen die nu nog niet oké zijn."
Hij doelt daarmee op de quarantaineplicht van twintig dagen in een overheidsgebouw. "Dat is niet ideaal, maar we gaan met de ploegen in gesprek over de optimale voorbereiding op Peking." Feit is dat de rijders er een jaar voor de Spelen goed voor staan, getuige de zeven gouden medailles bij de WK Afstanden van afgelopen weekend. Daarmee behaalde de Nederlandse equipe even veel gouden medailles als vorig seizoen bij het WK in Salt Lake City. "Het was een uniek jaar en je ziet dat het niveau vanaf de tweede World Cup dichter naar elkaar toe groeide. Dat is normaal, denk ik, maar over het algemeen ben ik zeker niet ontevreden en zie ik veel progressie."
Wie er volgend seizoen mogen deelnemen aan de Olympische Spelen zal worden bepaald bij het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) tussen Kerst en oud & nieuw. In plaats van tien startbewijzen liggen er echter nog maar negen startbewijzen klaar voor zowel de mannen als de vrouwen. De KNSB stelt na de vier World Cups een selectievolgorde samen, die door De Wit 'de machinematrix' wordt genoemd. "Het is een ingewikkelde klus en er zullen best wat teleurstellingen komen. We hebben nu eenmaal een land met veel wereldtoppers en het bemachtigen van een ticket is al bijna een medaille waard."
