Op een OKT lijken de dagen overzichtelijk. Een afstand, de rijders, hun tijden, en wel of geen plek richting de Spelen. Maar wat in de ijshal en op televisie strak oogt, is achter de schermen een levend organisme. Met lijstjes, protocollen en schema’s. En met tientallen mensen die op precies het juiste moment het juiste doen.

Eén van die mensen is Siep Luinenburg (69). Bij nationale wedstrijden is hij wedstrijdsecretaris namens de KNSB, bij internationale toernooien valt hij onder de ISU en draagt hij de titel ‘Sport Expert’. In de afgelopen 25 jaar was hij betrokken bij 163 toernooien: 74 nationaal en 89 internationaal. En dat zonder enige vergoeding. “Nog nooit een cent voor gekregen. Ik zeg altijd: we krijgen een bord boerenkool met worst.”

Hij zegt het zonder rancune. Luinenburg is namelijk niet het type dat zichzelf opblaast. Sterker nog: hij noemt zichzelf 'een doorgever'. Wie hem even aan het werk ziet, weet dat die bescheidenheid niet helemaal klopt. Komend OKT wordt zijn 75ste nationale toernooi en de toewijding spat er nog altijd vanaf. Terwijl hij aan de telefoon uitlegt hoe het OKT is georganiseerd, stuurt hij een uitgetekende flowchart met alle betrokkenen. Namen, taken en verantwoordelijkheden. Luinenburg kent iedereen bij naam en toenaam en weet precies waarom elke rol onmisbaar is.

Zijn eigen werk begint weken voor het eerste startschot. Luinenburg controleert de deelnemerslijsten, verwerkt ze en vertaalt ze naar schema’s die kloppen, op papier én in de praktijk. In de aanloop naar en tijdens het toernooi is hij de spil tussen organisatie, teams en jury. Bij afmeldingen, blessures of last-minute wijzigingen bewaart hij het overzicht, zodat het programma blijft lopen.

Met een achtergrond in de IT weet Luinenburg hoe hij systemen moet doorgronden en processen slimmer kan inrichten. Al in 1999 ontwikkelde hij een eigen systeem voor lotingen en startlijsten, dat jarenlang bij vrijwel alle (inter)nationale wedstrijden werd gebruikt. Ook was hij de aanjager van het vermelden van teamonderdelen op het baanrecordbord in Thialf. “We zijn daarin op dit moment de enige baan ter wereld. Daar ben ik trots op.” Het maken én persoonlijk uitreiken van baanrecordcertificaten behoort voor hem tot de hoogtepunten van een wedstrijddag.

Baanrecord Baanrecordbord
Dankzij Siep staan ook de teamonderdelen op het baanrecord-bord van Thialf.

Een OKT is geen gewone wedstrijd, dat weet Luinenburg ook. “Ik vind het super leuk. Zeker omdat de belangen zo groot zijn.” Hij ziet van dichtbij wat zo’n belangrijk toernooi doet met de sporters. “De eersten gaan juichend het stadion uit. Maar de nummers daarachter gaan vaak met tranen naar huis. Alles valt of staat met je prestatie.”

Juist daarom is zijn uitgangspunt altijd hetzelfde: iedereen moet onder zo gelijk mogelijke omstandigheden kunnen rijden. “Nummer twintig is voor mij van dezelfde waarde als nummer één”, zegt Luinenburg. Natuurlijk kent hij sommige rijders persoonlijk en voelt hij zich soms met hen verbonden. “Maar daar moet je één lijn trekken.”

Femke Kok Siep Luinenburg
Hoogtepunt voor Siep: het maken én uitreiken van de baanrecords, in dit geval aan Femke Kok.

Waarom doet iemand dit al 25 jaar lang? “Passie”, zegt Siep alsof er geen ander antwoord mogelijk is. En dan begint hij te vertellen als iemand die in een fotoalbum bladert. Hij groeide op vlakbij Heerenveen, fietste als jongetje van 11 naar Thialf toen de kunstijsbaan net open was. “Vanaf dat moment kreeg ik een enorm hart voor Thialf. Tegen mijn vrouw zeg ik altijd: het is mijn tweede huis.” Zijn vrouw Baukje is zelf ook al jaren actief, als coördinator van het atletenbuffet en als chaperonne bij anti-dopingcontroles.

Als kind zag hij voor het eerst de handtijdjury in Thialf aan het werk. “Dat vond ik zó machtig interessant. Toen had je nog maar twee of drie schaatswedstrijden per jaar op televisie.” Bij grote toernooien klom hij stiekem over een balk met prikkeldraad om te kunnen kijken. Zelf bond hij ook al vroeg de ijzers onder. Met een gezinsabonnement stond Siep in vakanties soms wel drie keer per dag op het ijs. “Zo ben ik een kind van Thialf geworden”, zegt hij. “En daar ben ik trots op.”

Jury handtijdjury Thialf
Zonder deze toegewijde mensen in gele jassen, geen toernooien. | Foto: Orange Pictures

En dan is er de kern van dit verhaal: de mensen die het mogelijk maken. Juryleden, starters, scheidsrechters, blokjesleggers en zelfs een team bij het atletenbuffet. Rollen die je pas écht opmerkt als ze er niet zijn. “Als we geen jury hebben, dan hebben we geen wedstrijd”, zegt Luinenburg stellig.

Het wrange is dat niet iedereen dat ziet, iets waar hij soms een beetje teleurgesteld over is. “We hebben een pool van 70 juryleden.” Daarnaast draait er een aparte ploeg voor het atletenbuffet: 'een team van 12 dames' dat de hele dag 'het natje en droogje' verzorgt voor rijders en trainers. Tel daar scheidsrechters, starters, blokjesleggers en wedstrijdleiding bij op en je snapt waarom een OKT aanvoelt als een mini-festival met de afstanden als hoofdact.

De laatste jaren ziet Luinenburg de vrijwilligersgroep vergrijzen. Daarom doet hij een open uitnodiging aan iedereen die wel eens denkt dat het hem of haar leuk lijkt: “Meld je aan. Kom kijken.” Zelf haalde hij er in 25 jaar meer uit dan hij ooit had kunnen voorzien. Hij werkte bij toernooien over de hele wereld, stond naast sporters op hun belangrijkste momenten en kon soms iets terugdoen voor de sport en de atleten. “Ik heb er nul euro aan verdiend”, zegt hij, “maar onschatbare herinneringen aan overgehouden.”

Komend OKT draait het natuurlijk om wie het hardst rijdt, maar het is ook goed om stil te staan bij wie er vroeg opstaat om de lichten aan te doen. Bij wie de blokjes legt en het tijdschema bewaakt. Bij mensen als Siep Luinenburg, die vaak onzichtbaar blijven, maar zonder wie een OKT niet kan plaatsvinden. Sieps wens is eenvoudig en professioneel tegelijk. “Als wij op 30 december alles volgens tijdschema hebben kunnen afwerken, zonder diskwalificaties en vervelende valpartijen, maar mét veel baanrecords, dan is het OKT geslaagd.”

Baancommissie Thialf

Naast zijn werk als wedstrijdsecretaris en Sport Expert bij grote toernooien is Luinenburg sinds 2020 ook secretaris van de Baancommissie Thialf. Die commissie zet zich in voor de breedtesport en behartigt de belangen van twaalf schaatsverenigingen, samen goed voor zo’n 1350 leden. Wekelijks worden trainingsuren aangeboden en per seizoen staan er zo’n veertig wedstrijden op het programma. Het is de kraamkamer van de sport, waar mogelijk toekomstige kampioenen hun eerste meters maken, met namen als Sven Kramer en Femke Kok als bekende voorbeelden.