Tickets
Shop
Rubriek: Het moment van... 02 mei 2024

Het moment van: Annette Gerritsen

Rubriek over een speciaal moment van een sporter, coach, trainer of een ander personage uit de nationale schaats-, en skeelerwereld: een hilarische gebeurtenis, hoogte- of dieptepunt dat nog niet eerder is verteld.

Foto : Soenar Chamid

‘EEN PODIUMPLEK OP DE SPELEN IS NIET VANZELFSPREKEND’
“Als ik echt één moment mag kiezen uit mijn schaatscarrière, dan ga ik voor mijn olympisch zilveren medaille in Vancouver. Dit olympisch jaar was eentje vol uitdagingen en onzekerheden voor ons als schaatsploeg. Onze sponsor DSB ging een paar maanden voor de Spelen failliet, maar te midden van die onzekerheid vonden we als team een bijzondere balans. We waren een hecht sprintteam waarin we allemaal voor de 500 tot en met 1500 meter gingen. De vrouwen met wie ik toen in de ploeg zat, waren Marianne Timmer, Margot Boer en Laurine van Riessen. Er was een heel fijne balans tussen plezier, focus en toewijding.

Ons gehele team, op Sjoerd de Vries na, plaatste zich op meerdere afstanden voor de Spelen.
Laurine van Riessen en ik wonnen respectievelijk brons en zilver op de 1000 meter en Mark Tuitert werd olympisch kampioen op de 1500 meter. In totaal werden er slechts negen medailles gewonnen door Nederland. Met een recordaantal van vierentwintig tijdens de Spelen van Sochi vier jaar later, was de medailleoogst achteraf gezien karig in Vancouver.

Twee dagen voor de 1000 meter was ik gevallen op de vijfhonderd meter. Ik was kanshebster op beide afstanden. Op de kortste afstand zat ik nog niet lekker in de wedstrijd. Ik dacht alleen maar: het moet beter, het moet beter. Ik ging aan mezelf voorbij en viel in de eerste bocht door een technische fout. Vreselijk was dat.

Hoewel ik ontzettend baalde, bracht deze tegenslag ook wat goeds: alsof ik na deze vijfhonderd meter me pas echt realiseerde wat voor kansen ik had. Het hele jaar reed ik al goed; ik werd letterlijk wakker geschud voor deze 1000 meter. Door die val had ik overal in mijn lijf spierpijn, maar dat deerde me niet. Ik wist: dit is mijn kans. Ik ben in vorm en heb het al zo vaak laten zien. Hier kan ik vertrouwen uit putten. De wetenschap dat het niet beter of anders hoefde dan dat ik normaal deed, gaf me rust; een bepaalde berusting.

Zelfverzekerd stond ik aan de start. We hadden er superhard voor getraind. Het zat in iedere vezel van mijn lijf opgeslagen hoe het moest. Ik zei tegen mezelf:
vandaag hoef ik dit alleen maar te laten zien. Dit is het enige wat ik hoef te doen. Het was een groot verschil met de vijfhonderd meter. Toen was ik ontzettend opgefokt en dacht ik: goed  is niet goed genoeg vandaag. Ik moet hier voor een medaille gaan. Ik was heel erg op het resultaat gericht in plaats van op mijn taken.

Ik zat in rit zestien en moest tegen de Japanse Sayuri Yoshi. Ik reed een heel solide en sterke race en zette de tijd stil op 1.16,58. De race was precies zo verlopen zoals ik wilde. Ik had nergens iets laten liggen. Alle tijden zaten heel dichtbij elkaar, maar ik had met nog één rit te gaan de snelste tijd. Ik was zeker van een medaille.

Bekijk hier de rit van Annette Gerritsen

Na mijn rit zat ik op het bankje bij de start van de 1000 meter en de kruising gespannen af te wachten hoe Christine Nesbitt het zou afbrengen. Zij, Margot Boer en ik waren de topfavorietes. Zij had een droomkruising achter haar tegenstandster, gevolgd door de laatste binnenbocht. Ik zag het voor mijn neus gebeuren en wist: sh*t, hier gaat ze hem winnen. En mijn voorspelling klopte. Als ze daar niemand voor zich had gehad, was ze niet tweehonderdsten van een seconde sneller geweest dan ik. Maar ja, ‘wat als’ bestaat niet in topsport…

Ik krijg regelmatig de vraag: ‘Ben je wel eens midden in de nacht wakker geschrokken van het missen van olympisch goud op tweehonderdste van een seconde?’ Dan zeg ik volmondig nee. Twee dagen ervoor had ik helemaal niks. In potentie had ik daar al olympisch eremetaal kunnen winnen. De realiteit was dat ik op de grond lag. Ik was me er des te meer van bewust dat een podiumplek op de Spelen absoluut niet vanzelfsprekend is. Ook al ben je in topvorm. Hoe klein het verschil ook was, een gevoel van trots overheerste.

Tijdens de prijsuitreiking zag ik mijn ouders in het ‘oudervak’ zitten. Ook m’n beste vriendin was mee en veel mensen uit ons dorp Ilpendam. Natuurlijk was goud nog mooier geweest, maar ik koester dat ik het allemaal heb mogen meemaken. Het heeft me na die tijd zoveel moois gebracht; een bezoek aan de (toen nog) koningin, tv-optredens. Door topsport heb ik eigenschappen ontwikkeld die ik op een andere manier wellicht niet had ontdekt. Ik herinner me nog de woorden van Marianne Timmer die zei: ‘Het lukt meer mensen niet dan wel, dus als je op het podium staat, geniet ervan en koester het.”

 


Deel dit artikel op
Gerelateerde artikelen
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan