Tickets
Shop
Nieuws 13 jul 2021

Materiaalworkshop voor junioren: 'Mooi om de kijk van de expert te krijgen'

Drie weken geleden konden de topteams voor het eerst het zomerijs op, afgelopen week was het de beurt aan de andere schaatsers. Ook de KNSB Talent Teams (KTT’s) waren weer welkom in Thialf. Juniorenbondscoach Peter Kolder greep de kans aan om een beperkte groep van tien te selecteren voor het eerste van vier zogenoemde TTT-kampen.

De term TTT staat voor toptalenttrainingen. Twee jaar geleden introduceerde de KNSB deze trainingen, waarbij de meest talentvolle junioren uitgenodigd worden om een aantal dagen met elkaar op te trekken. Voor het eerste kamp van het seizoen bestond de groep uit vijf mannen en vijf vrouwen: Evi Gelling, Jildou Schaaf, Kayo Vos, Gert Wierda, Matthieu Hollaar, Tim Prins (allen KTT Noord), Pien Smit, Tom Egbertsen (KTT Noordwest), Chloé Hoogendoorn en Sophie Kraaijeveld (KTT Zuidwest).

Van zondag tot en met vrijdag verbleven zij in een hotel vlakbij Thialf. Speciaal aan dit kamp waren niet de trainingen. Die zijn niet heel anders dan anders. Wel is er deze week een materiaalworkshop van Ronald van den Ing. Hij vertelt de nieuwe lichting over de talloze mogelijkheden om de afstelling van de schaatsen te optimaliseren. “Als je schaatsen koopt in de winkel begint het eigenlijk pas. Je moet een schaats echt afstellen naar je eigen persoon. Pas als dat goed is, kan je gaan werken aan je schaatstechniek.”

Van den Ing is een bekende naam bij de Nederlandse topschaatsers. Tot en met 2005 had hij nog een actieve schaatscarrière, met diverse NK-deelnames. Daarna werd hij materiaalman en adviseur van de KNSB. Hij is bij de meeste grote toernooien aanwezig en verzorgt de schaatsen voor een aantal merkenteams. Meermaals was hij de reddende engel, zoals afgelopen seizoen nog voor Irene Schouten tijdens het EK Allround. Dankzij jaren van ervaring kon hij de junioren van nuttige adviezen voorzien.

 

In een uitgebreide presentatie vertelt Van den Ing bevlogen over de verschillende manieren waarop de schaats allemaal aan de individuele schaatser aangepast kan worden. Hij leert de junioren dat iedere schaatser een ideale afstelling heeft. Tegelijkertijd kan die afstelling afhankelijk van de omstandigheden aangepast worden. Dat geldt niet alleen voor het ijs of de te rijden afstanden, ook de fysieke gesteldheid van de schaatser zelf speelt een rol. De jonge schaatsers luisteren geboeid.

Na afloop komen de schaatsers een voor een met hun schaatsen bij Van den Ing. Die controleert de ronding en beantwoordt vragen over de verdere afstelling. De ochtend erna worden de schaatsen geprepareerd, zodat de junioren de rest van de week op en naast het ijs indien nodig nog aanvullende wijzigingen kunnen doen.

“Ik vond het heel interessant ja”, vertelt Tom Egbertsen achteraf. “Ik ben altijd wel bezig met mijn materiaal, dus dit was een mooi moment om de kijk van een expert erop te laten krijgen. De ronding zat er goed in, maar we hebben wel een paar dingetjes eruit kunnen halen die beter kunnen.” Ook bij de vrouwen was er volop aandacht. “Bij veel schaatsen kon wel wat veranderd worden, dus als het goed is is het straks allemaal wat strakker”, stelt Evi Gelling.

Van den Ing is tevreden over de betrokkenheid van de schaatsers. “Ze waren in ieder geval heel geïnteresseerd. De aandacht zat er goed bij en een aantal keer zag ik wel een blik van begrip dat er veel meer mogelijk is qua materiaal dan dat ze dachten. Dat is een goede start”, aldus Van den Ing. “Het materiaal kan je technisch een betere schaatser maken, dus ik denk zeker dat er nog wel wat gesprekjes gaan volgen.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan