Een jaar geleden deed Horsten zelf nog mee voor de prijzen bij landelijke wedstrijden. Nu staat hij vanaf het begin van het skeelerseizoen aan de andere kant van de boarding. "Het is wel anders, maar je hebt zoveel afleidingen en prikkels van de rijders. We hebben nu een groep van 22. Dan heb je genoeg te doen," vertelt hij. "Bij de senioren mannen hebben we niemand van ons RTC en ja, dan zie je jezelf er altijd wel tussen rijden omdat je dat de laatste tien jaar hebt gedaan. Maar op zich heb ik er niet heel veel moeite mee. Ik kan mijn energie kwijt in de rijders."
Vanwege de grote groep werd Kamminga erbij gevraagd. Ze is nog bezig met herstellen, maar doet wel mee in de competities en won vorige week zaterdag nog. "Voor mij is het af en toe wel gek want bij het RTC zitten twee dames die senior zijn en de A-junioren rijden ook met ons mee bij marathons," vertelt Kamminga. "Sommige rijdsters kijken toch wel naar mij en dan probeer ik onder de wedstrijd soms nog wat te coachen zo van 'probeer maar eens iets, misschien laten ze je gaan'. Naderhand denk ik wel eens: misschien moet ik dat niet doen." Ze haalt veel voldoening uit haar nieuwe rol. "Vanaf de eerste training kreeg ik er energie van. Voor veel topsporters zou het voelen als geven maar ik merkte echt dat ik er ook wat uithaalde. Je merkt hoeveel je voor iemand kan betekenen."
Parttime
Het skeeleren bij RTC Noordwest is parttime, dat wil zeggen dat het aangeboden programma niet de hele week dekt. Er wordt een schema opgesteld met centrale trainingen en de andere trainingen doen de rijders zelf. Botst het RTC ook wel eens met de verenigingen? "Je kunt het zien als botsen, maar ook als toegevoegde waarde," vindt Horsten. "We zijn niet afhankelijk van de clubs, maar we hebben wel gezegd dat wij ook wat terug willen doen omdat zij zoveel rijders aan het RTC geven."
Eigenlijk is Purmerend de thuisbaan vanwege zijn centrale ligging in de regio, maar de trainingen worden afwisselend gegeven in Purmerend, Medemblik en Wervershoof. Gemiddeld een keer in de twee weken gaat de groep naar de nieuwe Vesmacobaan in Heerenveen. "Als je een EK goed wilt rijden, of een NK wat op Vesmaco is, moet je hier trainen. Dus ze zijn hier best wel vaak heen gekomen. En dan trainen ze niet bij de club," legt hij uit.
De zes RTC’s verspreid door Nederland zijn er op gericht om de talenten dichter bij huis faciliteiten te bieden zodat ze een stap kunnen zetten richting de top. Om binding te behouden met de verenigingen van de rijders kiest het tweetal er bewust voor om bijvoorbeeld in Medemblik tijdens het clubuur te trainen. "Zusjes, broertjes en andere kleine pupillen zien ons rijden, want die zijn het uur ervoor en dat is gewoon belangrijk. Want onze rijders zijn weer voorbeelden voor hun," zegt Horsten. "Je pakt de beste van de clubs, die zet je bij elkaar en maak je nog een stukje beter," vervolgt Kamminga. "En als ze dan ook bij de club blijven trainen, zorgen zij dat ze clubs weer omhoog gaan. Ik denk dat je op deze manier veel meer alles mee neemt."
Kansen
Deze groep is een meerjarenplan, aldus het duo. Een goede basis leggen voor de toekomst is het belangrijkste. En daar bovenop iets extra's geven. Er zitten dit seizoen ook kadetten bij terwijl het RTC eigenlijk bedoeld is vanaf de junioren. Horsten: "De kadetten kun je nog een beetje kneden. Als het bij de B-junioren niet zint, ben je eigenlijk te laat. Dus wij hebben gezegd dat we een jaar kadetten doen en die kunnen blijven als ze progressie hebben geboekt. Maar er komen geen nieuwe kadetten meer in."
Een aantal rijders stijgt dit jaar al boven zichzelf uit. Waar halen de trainers hun genoegen uit? "Dat je ziet dat iemand beter met zijn sport bezig gaat. Of anders gaat denken. Af en toe rustig kan rijden en met zijn techniek bezig is in plaats van alleen maar als een malle rijden. Iemand van veertien, vijftien, zestien jaar oud dat kunnen aanleren, is echt pure winst. En dat kan alleen maar per jaar weer beter worden. Als een rijder dan nu vierde wordt, is dat heel groot. Kansen moet je pakken, maar je moet ze ook maken," vertelt Kamminga. "Vooral de gretigheid vind ik mooi om te zien," vult Horsten aan. "Ze proberen altijd met een opdracht of plan de wedstrijd in te gaan en daar gaan ze ook voor. Na afloop heb je dan ook wat te evalueren."
Ondertussen loopt bondscoach Frank Fiers binnen in het café van Sportstad Heerenveen en schuift even aan. Fiers stond in 2015 aan de basis van de skeelertak bij RTC Noordwest. Is hij tevreden met hoe het nu gaat? "Ja, super. Het is heel rustig opgebouwd. In het begin wilden ze gelijk al doen wat ze nu doen maar toen heb ik gezegd dat het niet realistisch was. Daar is een tweejarenplan voor nodig en het is mooi dat dat uitgevoerd is. Ik denk dat het ook goed is dat Nederlandse toppers dit doen. Twee wereldkampioenen die de jeugd inspireren en begeleiden. Dat is de manier." Horsten heeft nog wel een verzoek: een Vesmacobaan in regio Noordwest.
