"De Ireen van toen", zegt Ireen Wüst in Hamar, "dat is een schim van de Ireen van nu." Toen, in 2009, werd ze derde op het WK in Noorwegen, totaal gesloopt. Ze betitelde toen haar prestatie als 'brons met een gouden randje', maar later corrigeerde ze dat.

Afgelopen maand zei ze in het magazine van NUsport dat het brons 'met een bloedrandje' was. "Ik ben tien keer beter dan toen", zegt Wüst in Hamar aan de vooravond van de start van het Essent WK Allround waar ze de te kloppen schaatsster is.

Als ze nu tien keer beter is, zoals ze zegt, dan moet het winnen van het Essent WK een makkie zijn, niet? Wüst: "Op papier heb ik een hele goede kans om hier te winnen. Maar je weet het nooit. Je moet die in totaal tien kilometer schaatsen wel heelhuids door zien te komen."

Als het haar lukt de concurrentie voor te blijven (ze noemt Christine Nesbitt als belangrijkste buitenlandse kanshebster, naast de Nederlandse Diane Valkenburg en Linda de Vries), is ze met Atje Keulen-Deelstra de Nederlandse met de meeste allroundtitels op haar naam.

Wüst won in 2007 (Heerenveen), 2011 (Calgary) en 2012 (Moskou). Keulen-Deelstra is nu nog alleen recordhoudster met vier wereldtitels (1970-’72-’73 en ’74).

Wüst omschrijft Keulen-Deelstra als 'een mevrouw die superveel gewonnen heeft' en stelt dat het niet mogelijk is een vergelijking te maken tussen twee schaatssters uit verschillende tijdperken.

Of ze na het winnen van een titel zondag aangezien mag worden als beste Nederlandse schaatsster ooit, zegt Wüst: "Yvonne heeft drie keer goud gewonnen op de Winterspelen en Marianne Timmer ook." Wüst won tot dusver twee keer goud.

Wüst: "Ik voel me niet beter of meer dan een ander. Het gaat me om de beste te zijn op het moment. Het is natuurlijk best mooi om een uniek lijstje te hebben maar het is geen apart streven voor mij. Ik zal niet doorgaan met schaatsen om maar ooit een keer de beste aller tijden te zijn. Het gaat mij er om nú de beste te zijn."