Rintje Ritsma en Erben Wennemars tijdens de 1500m op de WK Afstanden 2001

We kwamen al snel tot de conclusie dat er best dingen anders kunnen in het schaatsen. Bijvoorbeeld het aantal wedstrijden per seizoen. Het blijkt elk jaar weer dat het lastig is om wedstrijden in eigen land in het internationale wedstrijdschema te passen. Ik bedoel dan de nationale kampioenschappen, kwalificatie- en skate-offwedstrijden.

Ook de afwezigheid van deelnemers tijdens World Cups komt regelmatig ter sprake. Velen vinden het niet goed voor de schaatssport wanneer schaatsers wegens voorbereidingen voor andere wedstrijden de World Cups laten schieten.

We kwamen na een aantal glaasjes tot de conclusie dat de WK Afstanden wel weg kunnen en dat je de World Cups belangrijker moet maken. Degene die over een heel seizoen in de World Cups de meeste punten heeft behaald is wereldkampioen afstanden geworden.

Als je daar een leuke prijs op zet dan wil iedereen wel blijven schaatsen voor de punten. Je maakt daardoor de World Cups belangrijker en je belast de schaatsers met een wedstrijd minder per jaar.

Zo zal er ongetwijfeld nog meer ter tafel komen als je een flesje Berenburg in het midden zet en een groep schaatsers laat brainstormen over dingen die het schaatsen positief kunnen beïnvloeden. De KNSB kan hier natuurlijk het voortouw in nemen en kijken of er draagvlak is voor dergelijke veranderingen.

Dat er langzaam dingen veranderen bij de KNSB bleek afgelopen week toen Arie Koops mij belde of ik nog geïnteresseerd was in de trainersopleiding van de bond. Ik was verrast dat ik een keer gebeld werd door een beleidsmaker van de KNSB en niet door een stagiair.

De schaatsbond heeft voor een speciaal trainingsprogramma voor ex-topschaatsers gemaakt. Dat maakt het doorstromen naar het trainerschap een stuk makkelijker. Makkelijk, daar hou ik van. En dus was een volmondig 'ja' mijn antwoord.