Deze week aandacht voor twee vrijwilligers van IJs en Inline-Skateclub Purmerend, aangemeld door Gert-Jan Mulder. Het zijn Herman Gieske en Jaap Poll.
“Beide heren zijn ruim zeventig jaar oud en nog bijna elke dag zijn ze op onze club te vinden,” laat Mulder weten. “De mannen staan altijd voor de club klaar en hoeven wat hun betreft niet in het zonnetje gezet te worden. Ik denk daar toch net iets anders over, want zonder deze twee zou het toch heel anders zijn.”
Wanneer zijn jullie begonnen met vrijwilligerswerk? En waarom?
Herman: “Dat is nu tien jaar geleden. Ik was met mijn 58e al in de VUT en toen heb ik het eerst nog drie jaar thuis uitgehouden. Ik had als het ware niks te doen, maar ik wilde graag iets ondernemen. Op dat moment waren ze bezig met het aanleggen van de ijs- en skeelerbaan en toen heb ik gevraagd of ze nog iemand nodig hadden. ‘Nou graag!’ was het antwoord en sindsdien ben ik daar vrijwilliger.”
Jaap: “Ik ben zo’n jaar of zestien geleden begonnen. Ik ging in de VUT en ik was in Amsterdam al actief bij de rugbyclub, waar ik jeugdtraining gaf, en ik vond het wel leuk om te proberen om jeugd van de straat te houden.”
Wat is jullie band met schaatsen of inline-skaten?
Jaap: “Ik ben een sportfanaat. Ik heb zelf nooit in clubverband geschaatst, maar zodra er ijs lag stond ik erop. Dus voor mij geldt de sport in het algemeen en dan vind ik het met name leuk om de jeugd in beweging te krijgen.”
Herman: “Ik ben dol op schaatsen, maar dat heb ik al twintig jaar niet meer gedaan.”
Wat doen jullie zoal bij de club?
Herman: “We doen met toernooien veel kantinewerk. Samen zorgen we dan voor chocolade, koffie en snert. En dan nemen we elkaar een beetje in de maling. Als iemand vraagt om twee koppen snert zegt de een: ‘Dan moet je niet bij mij wezen, maar bij dat snertjong’. En dan zegt de ander: ‘Soep? Dan moet je niet bij mij wezen. Dan moet je bij die soepkip wezen’.”
Jaap: “Soms denken de mensen wel eens ‘Hoe kunnen die twee met elkaar achter de bar staan?’. Totdat ze het op een gegeven moment door hebben en dan doen ze ook mee.”
“Naast het kantinewerk zorgen we er ook voor dat de baan altijd schoon is. We willen dat als er wedstrijden zijn of als er mensen komen om te trainen dat ze op een veilige baan kunnen rijden. Dat er geen rotzooi op de baan ligt en dat het allemaal goed te doen is voor ze. Zo hou je het ook voor degene die actief zijn interessant en leuk. Helemaal nu we een mooie vierhonderd meter baan hebben, is het voor ons een prestigekwestie om die baan zo schoon mogelijk te krijgen en te houden.”
Herman: “We hebben tegenwoordig ook een webcam, dus we kunnen thuis zien hoe de baan erbij ligt. We kunnen niet goed zien of ie modderig is, dus als dat zo is, weten we van elkaar dan zien we elkaar ’s middags om één uur. Op woensdagmiddag hebben we onze vaste klussenmiddag, dus dan zijn we er altijd.”
Dat betekent dat jullie bijna dagelijks op de baan zijn.
Jaap: “Ja, maar met Herman gaat dat hartstikke leuk. We hoeven elkaar niks te zeggen, dat is het leuke ervan. Op een gegeven moment weet je precies wat de ander wil en wat je van elkaar kunt verwachten. En we hebben allebei een enorm incasseringsvermogen en we doen niet anders dan lachen.”
Herman: “We kunnen niet mét en niet zonder elkaar. Vandaar ook dat we die twee Muppet-poppen hebben gekregen.”
Met natuurijs zijn jullie ook van de partij.
Herman: “Natuurijs is het mooiste wat er is. Afgelopen jaar hebben we ook heel wat meegemaakt. Normaal gaat de baan ’s middags om een uur of twee open tot ’s avonds een uur of tien. ‘Nee,’ zeiden de scholen, ‘we komen om half negen’. En toen stonden tien klassen van elk 25 kinderen voor de deur. We waren al om acht uur aanwezig en dan mochten we blij zijn als we om half zes thuis waren. Dat waren hele mooie dagen.”
Jaap: “Zodra het gaat vriezen zijn we iedere dag op de baan om te kijken of het ijs zich al een beetje begint te vormen. Hoe dik het is. En als er eenmaal ijs ligt, staan we in de kantine, lopen sneeuw te schuiven of we verhuren schaatsen.”
Jaap Poll (links) en Herman Gieske (rechts) | Foto: Gert-Jan Mulder
Wat is voor jullie de voldoening van al jullie werk?
Herman: “Kijk, je wilt wat doen. Je hebt zoveel vrije tijd. Dan kun je thuis gaan zitten in een luie stoel, een boodschap doen of de auto pakken en een rondje rijden zonder doel. Maar bezig zijn voor een vereniging van achthonderd personen vind ik nuttig werk en dat geeft voldoening.”
Jaap: “Met toernooien staan we met z’n tweeën achter de bar. Wanneer dan aan het einde van de dag voor ons wildvreemde mensen zeggen: ‘Bedankt voor de goede zorgen en wat zag de baan er weer mooi uit’, is dat het mooiste wat we te horen kunnen krijgen. Dat is niet met geld uit te drukken. Dat geeft de kracht en de energie om het de volgende keer weer te doen. Ik zou het ook niet willen missen. Ik steek met plezier veel tijd in dit werk, want je krijgt er veel dankbaarheid voor terug.”
Wat voor werk deden jullie vroeger?
Herman: “Ik heb op een drukkerij gewerkt. Henkes Senefelder in Purmerend. Daar zat ik in drie-ploegendienst dus er was maar weinig tijd voor vrijwilligerswerk.”
Jaap: “Ik werkte op een bank, op de afdeling deviezen. Ik moest vaak problemen oplossen en ik heb natuurlijk goed leren rekenen. Dat komt nu goed van pas in de kantine. Het vrijwilligerswerk is voor mij helemaal iets anders en daardoor extra leuk.”
Waarom zouden anderen ook eens vrijwilligerswerk moeten proberen?
Jaap: “Op de woensdagmiddag help ik samen met nog twee vrijwilligers tijdens de Skate-instuif de jeugd hoe ze op skeelers moeten staan, zich moeten voortbewegen, remmen en doen we allerlei spelletjes. Wanneer je dan al die blije gezichtjes ziet. Geweldig. En dat zeg ik ook altijd tegen anderen: ‘Kom een keer meelopen, dan zul je zien hoe leuk het is’.”
Herman: “Inderdaad, gewoon een keertje meedraaien en er een gezellige boel van maken.”
Welke vrijwilliger(s) wilt u graag terugzien in de ‘Vrijwilliger van de Week’, en waarom? Laat het ons weten door een mail te sturen naar redactie@schaatsen.nl!