Een wereldbekerwedstrijd in Japan of Kazachstan vraagt om een andere aanpak dan een toernooi in Thialf. Nagano kent een tijdsverschil van acht uur en in Astana mochten de Nederlandse schaatsers hun klokken vijf uur naar voren zetten. Dat betekent een ander ritme voor een lichaam dat optimaal moet functioneren, dus is een speciale aanpak van belang.
Renate Groenewold plaatste vorig jaar een oproep op Twitter. Ze wilde weten of een van haar volgers tips had voor een reis naar Amerika. Het resulteerde in een test met een soort walkman, een apparaatje op de oren, waar licht uit kwam en wat ze elke ochtend een kwartier opzette.
De coach van Corendon houdt er zogezegd van om uit te testen. “Maar ik heb dat apparaat uiteindelijk niet goed genoeg geprobeerd om daar nu een goed oordeel over te geven.”
Gedurende haar carrière kreeg de voormalig schaatsster regelmatig met tijdsverschil te maken. Bij haar eigen team kiest ze ervoor om vooraf een speciaal protocol uit te schrijven. Zo startte stayer Carlijn Achtereekte een week voor vertrek al met het aanpassen naar de plaatselijke tijd in Kazachstan, door elke dag steeds iets vroeger uit bed te gaan dan de voorgaande dag.
“We willen dat rijders zo snel mogelijk de tijd aannemen van de plaats van de wedstrijd”, zegt Groenewold. De coach weet dat haar collega Jac Orie kiest voor een andere aanpak. “Hij doet het precies andersom en houdt de Nederlandse tijdzone aan.”
Groenewold doet dat bewust niet, aangezien haar rijders daar nooit eerder mee geëxperimenteerd hebben. “Dit bevalt prima en wij denken dat deze manier mentaal minder belastend is voor een schaatser. Want anderhalve week doorgaan in een andere tijdzone, dat vinden wij te lang. Nu kunnen wij wel de reguliere tijden aanhouden.” De trainingstijden op de ijsbaan liggen namelijk vast en zijn uiteraard niet aangepast aan de Nederlandse tijdzone.
“Maar iedere trainer heeft zijn eigen manier, dat is ook zo met het schrijven van trainingsschema’s”, zegt Groenewold. De schaatsers van team Corendon kregen van hun coach ook een speciale lamp mee in hun koffer. Een zogenaamd ‘wake up-light’, een lamp die ’s ochtends natuurlijk licht nabootst, waardoor de gebruiker op een natuurlijke manier wakker wordt.
“En we gebruiken melatonine”, zegt Groenewold. Dat is een bekend middel tegen een jetlag, een klein wit pilletje dat al jaren door veel atleten wordt gebruikt. Het bevat een hormoon dat de hersenen aanzet om te gaan slapen. Het is de meest simpele manier als hulpmiddel bij een jetlag. Voor wie geïnteresseerd is: “Een half uur voor het slapen innemen en dan het licht uit.”