Skaters kunnen nu nog vol goede moed zijn. Op dit moment is iedereen nog kanshebber. De meningen zullen uiteenlopen, maar de vraag rijst toch op, of er eigenlijk niet te veel kampioenschappen op de kalender staan? Hoe serieus moet je het nemen? Wat is op deze manier de waarde van een medaille?

Qua sfeer zijn de verwachtingen voor het NK weg hoog. De locatie schijnt dit jaar helemaal geweldig te zijn. De skaters komen naar het publiek toe. Klinkt als een prima initiatief. Maar wat heeft dat voor gevolgen voor het parcours? Zoals gezegd; geen skeelerbaan dit jaar. Maar wat wel precies? Helaas is er op enkele dagen voor het NK nog altijd geen tekening of iets dergelijks beschikbaar.

Rijders weten niet hoe lang het parcours is. Hoeveel bochten rechtsom, of hoeveel linksom. In ieder geval is het voor alle rijders gelijk, maar je verdiepen in de mogelijkheden en, net zo belangrijk, onmogelijkheden van een NK parcours hoort in mijn ogen ook bij de voorbereiding. Want naast de titels zijn er ook startplekken voor het EK te verdienen. Er staat dus wel iets op het spel!

Dan nog maar even terugblikken op de voorbije week. De Mosselmarathon te Yerseke werd voor de tweede maal gereden. De laatste jaren komt het peloton wat vaker in Zeeland. Ideaal voor de Zeeuwen en de Belgen. Hebben zij ook eens wat minder reistijd. De rest van het peloton maakt dus nogal wat meer uren in de auto. Het zal waarschijnlijk niet de enige reden zijn, maar helaas was het aantal deelnemers aan de magere kant. Te weinig A-rijders, blessures en schaatsverplichtingen zorgen dit seizoen voor te weinig deelname.

Maar koersen met een klein peloton is ook moeilijk. Zeker als sommige ploegen wel op volle sterkte zijn. Voor je het weet rijd je vreselijk achter de feiten aan. De strijd in Yerseke was hevig. Weinig momenten om aan mosselen te denken. Mijn eigen strijd leverde een 3e plek op. Een podiumplaats geeft altijd een goed gevoel, maar het ontbreken van diverse toppers roept wel de vraag op wat het waard is.