Crispijn Ariëns liep donderdagavond nog redelijk soepel door het appartement Seeland, waar Windkr88 verblijft. Maar het verband net onder zijn rechterknie verraadde waar de pijn zat.

"Ik heb het eigenlijk niet eens gemerkt", vertelt Ariëns. "Natuurlijk voelde ik tijdens de wedstrijd wel dat ik een tik kreeg van de rijder die voor me viel, maar ik heb er verder geen acht op geslagen."

Ariëns reed ook gewoon het criterium uit, en deed in de finale nog werk voor ploegmaat Bart de Vries. Pas na de finish werd duidelijk wat er aan de hand was. Ariëns: "Onze ploegleider Bram Sikma zei dat ik wat bloed onder mijn knie had. ’Da’s niks’, zei ik nog. Maar toen hij ging kijken bleek er wel degelijk wat mis te zijn. Er hing een grote lap vlees onder mijn knie, is een soort u-vorm."

De schaatser melded zich meteen bij de eerste hulp op de Weissensee, waar met zeven hechtingen de schade weer enigszins werd gerepareerd. Daar kreeg Ariëns nog wel de schrik van zijn leven. "Ze vertelden me dat ik behoorlijk veel geluk had gehad. Op de plek van de wond loopt ook een zenuw. Als die was geraakt, had ik meteen een klapvoet gehad, met maar weinig kans op herstel. Dat had misschien onmiddellijk het einde van mijn loopbaan betekend. Daar moet je niet aan denken, maar het had wel gekund. Zo dicht liggen de dingen dus bij elkaar in het leven."

Ariëns kan uiteraard niet starten in de Alternatieve Elfstedentocht, zaterdag op de Weissensee. Hij werkt wel aan zijn herstel en hoopt snel weer te kunnen meerijden. "Daar gaan we in ieder geval alles aan doen."