Hoewel de focus al geruime tijd op de tien lag, verbaasde de prestatie van de 21-jarige stayer ook zijn coaches. “We wisten dat hij vandaag zou knallen, maar dit is daar wel nog een schepje bovenop”, analyseerde Erik Bouwman. “Toen hij met een rondje 29,8 begon vonden we het al hard, maar het zag er wel precies zo uit als hij het moest uitvoeren. Van paniek op de kruising was zeker geen sprake.”

Van de Bunt zelf had vooraf ook geen inschatting gemaakt van de tijd die hij wilde rijden. Dankzij zijn baanrecord in Groningen enkele weken terug wist hij wel dat de vorm goed was, maar hoe zich dat zou verhouden tot het snelle ijs en de hoge luchtdruk deze kerstperiode in Heerenveen wist hij niet.

“In het verleden had ik altijd hoge verwachtingen van mezelf. Dan wilde ik mezelf bewijzen, overschatte ik mezelf en dacht ik aan snelle rondetijden in plaats van aan mijn techniek”, vertelde hij in de catacomben van Thialf. Daarbij liet hij zich regelmatig gek maken door zijn goede geheugen: hij wist immers precies welke rondjes hij nodig zou hebben voor een snelle eindtijd. “In Groningen had ik dat niet en moest ik op gevoel rijden.”

Erik Bouwman
Geen paniek, maar wel verbazing bij Erik Bouwman. | Foto: Orange Pictures

Achteraf was die verbetering van het oude baanrecord van Sven Kramer al een voorbode van de revelatie die Van de Bunt tijdens dit OKT bleek te worden. De ervaren kijker zag er misschien wel een mannelijke versie van Esmee Visser rijden. In 2018 kwalificeerde zij zich vanuit het niets voor de Spelen en wist daar tot ieders verbazing goud te winnen. Toch waren er ook significante verschillen ten opzichte van de verrassing van Visser. Van de Bunt heeft dan wel net als Visser nauwelijks internationale ervaring bij de senioren, maar zo verbaasd als zij destijds was over de eigen prestaties was hij dat allerminst. En in het juniorencircuit was Van de Bunt wel degelijk een uitblinker, met podiumplaatsen en overwinningen op marathons, bij het inlineskaten en wereldbekers op de langebaan.

Vanuit die ervaring komt hij na het invullen van de namen in de selectievolgorde van de KNSB ook zomaar in aanmerking om in Milaan twee extra startplekken in te nemen. Na het invullen van de 'logische' namen van Marcel Bosker en Chris Huizinga voor de ploegenachtervolging en Jorrit Bergsma op de mass start blijft er immers op beide onderdelen een plekje over die nog niet zomaar door een andere man in de selectievolgorde is ingevuld. Van de Bunt zou, gezien zijn capaciteiten en het feit dat hij sowieso al in Milaan is, die plekken heel goed kunnen opvullen.

Erwin ten Hove moedigt Stijn van de Bunt aan.
De aanmoedigingen van Erwin ten Hove leiden Van de Bunt naar 12.36,35. | Foto: Orange Pictures

Geconfronteerd met die feiten hield Van de Bunt zich enigszins op de vlakte, maar liet toch weten dat hij die uitdaging graag aan zou gaan. “De ervaring op die onderdelen heb ik, dus het zou zeker leuk zijn als ik mag starten. Ik ben op meer fronten inzetbaar en met mijn achtergrond in het skeeleren heb ik op tactisch gebied en in het peloton veel ervaring. Daardoor ben ik behendig en kan ik snel schakelen in de wedstrijd.”

Ondanks die voorzichtige sollicitatie richting bondscoach Rintje Ritsma was er van sterallures zeker geen sprake bij de man uit Lopik, ook al reed hij bijna twintig seconden sneller dan zijn oude persoonlijk record. Hij bleef koel onder druk en leefde op dezelfde manier als altijd naar zijn tweede optreden toe. “Natuurlijk heb ik wel wat minder geslapen dan normaal, maar verder vond ik het allemaal meevallen. Met wat trainen, spelletjes spelen en opwarmen voor de wedstrijd gaat de tijd best snel. Het voelt ook helemaal niet als een roze wolk. Eigenlijk ben ik best wel relaxed.”