Van Ruijven, die Nederland vertegenwoordigde bij twee wereldbekerwedstrijden, reikte tot de kwartfinales. Daarin kwam ze met een derde plaats, achter de Zuid-Koreaanse Hyun Sun Wang en de Italiaanse Arianna Valcepina, tekort voor de top acht. Lois Kloor schaatste op de 500 meter naar de 23e plaats.
De ervaren jongens binnen Oranje konden op de sprint geen vuist maken tegen de buitenlandse concurrentie. Itzhak de Laat zorgde voor de beste Nederlandse notering met de negentiende plaats. Ook Christiaan Bökkerink, die onderdeel uitmaakte van de gouden aflossingsploeg bij de Europese kampioenschappen, sneuvelde ondanks een persoonlijk record (42,607 seconden) al voor de kwartfinales en werd 25e. Mark Prinsen eindigde als 22e
Op de aflossing waren er voor de Nederlandse jongens in de halve finales kansen. Het team, met Adwin Snellink, De Laat, Bökkerink en Prinsen, ging echter al na twee rondes onderuit en moesten daardoor toezien hoe China en Hongarije er met de finaleplaatsen vandoor gingen. Ook een verbetering van het Nederlands juniorenrecord kon het team daarmee vergeten. Het Nederlandse kwartet eindigt als zesde.
Bij de meisjes verraste de Litouwse Agne Sereikaite door het zilver te pakken. Het goud ging net als vrijdag naar Zuid-Korea. Suk Hee Shim pakte haar tweede overwinning en wordt in het klassement gevolg door haar landgenotes Hwang en Ahn, beiden met een puntenaantal gelijk aan dat van de Litouwse.
Hyo Been Park, zaterdag goed voor de tweede plaats op de 1500 meter, was de snelste bij de jongens. Zilver ging naar Tianyu Han uit China, voor de Canadees Alexandre St Jean. In het klassement blijft het daardoor spannend, al hebben Lee en zijn landgenoot Se Yeong Park met de meeste punten het beste uitzicht op de wereldtitel.