"Het wordt zeker een zware strijd", blikt zij vooruit op de schaatsweek waarin de olympische startbewijzen worden verdeeld. "Er zijn er zoveel die op de 1000 meter hard kunnen schaatsen. Het niveau is ontzettend hoog, het zal dus spannend worden in de strijd om de tickets."

De kilometer staat er op de aanwijsvolgorde, die door de KNSB gebruikt wordt om te bepalen welke tien schaatssters daadwerkelijk naar Sotsji mogen, niet slecht voor. Door de vierde en de achtste plek op de volgorde zijn de nummers één en twee van de kilometer bij het KKT sowieso zeker van de Winterspelen.

Daarnaast houdt ook de derde plaats (veertiende op de volgorde) zicht op een olympische uitverkiezing. "Het probleem is echter dat er wel zes of zeven dames zijn die echt goed zijn op de kilometer. Er is ook niet één ‘te kloppen vrouw’. Er zijn er wel vier."

Naast Van Riessen kunnen ook Ireen Wüst, Margot Boer, Jorien ter Mors, Marrit Leenstra en Lotte van Beek bijzonder goed uit de voeten op de afstand, waar verder schaatssters als Antoinette de Jong, Annette Gerritsen, Diane Valkenburg, Thijsje Oenema en Anice Das outsiders zijn.

"Ik zou dan ook geen tijd durven te noemen die nodig zal zijn om een ticket naar Sotsji te kunnen bemachtigen", aldus de Activia-rijdster. "Bij trainingswedstrijden in Thialf werden er al tijden van 1.15 gereden. Maar dat zal straks ook van het ijs afhangen. Het zal in ieder geval hard gaan, heel hard. Het wordt alles of niets."

Het voorseizoen van Van Riessen verliep met wisselende resultaten in de internationale wedstrijden vooralsnog niet naar wens. 

"Maar het gaat wel weer de goede kant op. Ik ben vooral veel met mijn techniek bezig geweest. Eerlijk is eerlijk, de ene keer gaat het wel beter dan de andere keer. Als het goed gaat dan gaat het meteen ook snel. Maar als het even wat minder loopt dan gaat het ook meteen flink minder hard. Dat is nog wel een uitdaging voor de komende dagen."