“Ik was tevreden na de eerste dag, maar ik wist dat het net wat beter moest”, blikte ze terug. “Maar ik ging met vertrouwen de tweede dag in.”

Op de 500 meter van zondag deed ze goede zaken met de derde tijd. Dat was niet genoeg voor een plek op de WK Afstanden, maar gaf haar wel een goede uitgangspositie op weg naar de 1000 meter.

Ze liet zich daardoor niet van de wijs brengen en behield haar concentratie. “Je weet dat het pas na vier afstanden gedaan”, zei ze. Daarbij probeerde ze zo min mogelijk op haar concurrentes te letten. “Ik moet bezig zijn met mezelf op zo’n moment.”

Dat lukte en ze piekte met een prima 1000 meter op het juiste moment. “Dat pieken blijft belangrijk, zeker in Nederland.”

De afgelopen jaren liep het allemaal wat moeizaam bij Van Riessen, maar nu heeft ze haar aandacht wat verlegd naar de 1000 meter en haar slag aangepast. “Ik bleef te lang doorstarten en haalde steeds mijn been te snel weer bij.”

“Daar hebben we heel erg aan gewerkt, maar daar moest ik wel nog aan wennen. Daardoor ging het in het begin van het seizoen nog wat minder, maar ik voelde wel: hier moet ik het verschil mee gaan maken”, vertelde ze.

Van Riessen heeft met name geprobeerd wat rust in haar slag te brengen en dat betaalt zich met name op de sowieso al wat rustiger kilometer al duidelijk uit. “Daarom heb ik mijn focus ook op de 1000 meter gelegd. Ik ben er ook een stuk beter in dan de afgelopen paar jaar”, concludeerde ze.

Met het doel om zich te plaatsen voor het WK Sprint en de 1000 meter op de WK Afstanden kwam ze naar Groningen en daar slaagde ze in en dus stond de rijdster van Team Lotto NL-Jumbo na twee dagen racen met een brede lach op haar gezicht langs de baan. “Ik ben heel blij dat ik zo heb weten te rijden.”