Als oud-topsportster weet ze natuurlijk als geen ander wat de rijders nodig hebben om optimaal te kunnen presteren. Toch zal Van Gennip ook af en toe streng moeten optreden. "Als ze bijvoorbeeld hun muts met sponsornamen niet goed opzetten, dan moet ik daar wel iets van zeggen'', zegt de 'ijskoningin van Calgary'. "Maar goed, ik was zelf als sporter ook realistisch. Ik heb altijd gezorgd dat je je heren bediende.''
Dat Van Gennip weer terugkeert in het schaatsen, is allerminst vanzelfsprekend. Na haar immense successen op de Winterspelen van 1988 was ze plots een Bekende Nederlander en werd ze om de haverklap nageroepen en aangesproken. Aan die nieuwe status heeft ze nooit kunnen wennen. "Het was ook best heftig, hoor'', kijkt ze terug op die hectische periode. "Die overweldigende aandacht overviel me. Iedereen vindt wat van je. Dat vond ik wel lastig, ja.''
Toen de Noord-Hollandse in 1992 haar carrière beëindigde, keerde ze het schaatsen resoluut de rug toe. Dat boek was gesloten, het werd tijd voor een nieuwe periode. Pas vorig seizoen liet ze zich overhalen om bij Team Liga teammanager te worden, waarna ze een jaar later de overstap maakt naar de KNSB. Bij de schaatsbond hoopt ze zich ook te kunnen bezighouden met de toekomst van de sport.
"Je hart ligt toch bij het schaatsen. Daarom wil ik ook mijn steentje bijdragen aan de discussies over de sponsoring en de toekomst van de 10 kilometer en allrounden. Je moet het schaatsen interessant houden, zowel voor sponsoren als voor de fans.''
Maar haar hoofdtaak is het 'managen' van de Nederlandse ploeg. En dat betekent dat ze ook alle bijbehorende reglementen uit haar hoofd moet leren. "Of ik me daar vroeger ook mee bezighield? Nee joh. Ik reed gewoon zo hard mogelijk en dan zag ik vanzelf wel of ik erbij zat.''