Van Dijk smeedt sterk collectief

Door de jaren heen wist Edward van Dijk aardig wat ploegen op de been te krijgen. Teams met grote namen, teams met mooie successen. Teams als Adformatie, SOS Kinderdorpen, Telstar Sport en Husqvarna, die steevast behoorden tot de betere formaties in het peloton.

Toch knaagt er vooral de laatste jaren iets bij Van Dijk. ’’De jongens doen het fantastisch hoor, maar toch rij je altijd een beetje als pelotonvulling mee. De dominantie van de ploegen van Jillert Anema is zo groot dat het ook voor veel sponsoren niet interessant meer is.’’

De huidige situatie is volgens Van Dijk niet goed. ’’Van de vijftien beste rijders komen er tien uit voor Anema. Die andere vijf zijn verdeeld en rijden ook nog eens tegen elkaar. Wij maken ons heel druk om de sport te promoten, maar er is geen strijd en geen echte competitie. Dat is een groot probleem.’’

Daarom dacht Van Dijk lang na over een eventueel vervolg in het marathonschaatsen. Na twaalf jaar moest hij gevoelsmatig de keuze maken tussen stoppen of doorgaan met een echt sterk team. ’’Achter de schermen heb ik daarover veel overleg gehad met Frank Vreugdenhil en uiteindelijk is het de laatste optie geworden. We gaan een aantal goede schaatsers bij elkaar zetten en zo tegenwicht bieden aan de dominante teams.’’

Daarbij nam Van Dijk in meerdere opzichten geen halve maatregelen. In de eerste plaats commiteerde hij zichzelf voor drie jaar aan de vernieuwe ploeg. ’’Dat betekent dat ik ook drie jaar doorga als sponsor, en dat is van mijn kant een signaal.’’

Daarnaast toonde hij zich slagvaardig op de nauwelijks geopende transfermarkt. Dat Van Dijk als eerste Vreugdenhil vastlegde, mag nauwelijks verrassend zijn. Maar daarnaast strikte hij voor die drie jaar ook meteen Ingmar Berga en Crispijn Ariëns. Die twee rijden nu nog bij A-ware/Fonterra en Van Werven. Ook Robert Bovenhuis komt over van CRV/Interfarms. Als ploegleider heeft Van Dijk de ervaren Peter de Vries teruggehaald in het marathonschaatsen.

’’Dat zijn voorlopig vier sterke mannen bij elkaar. Die kunnen met elkaar trainen en een blok vormen. Bouw & Techniek heeft ook een goede ploeg waarvan ik verwacht dat die op niveau blijft. De situatie bij Van Werven ken ik niet precies, maar op deze manier willen we wel zorgen voor meer competitie en strijd. Sport is alleen dan mooi als er echt strijd wordt geleverd.’’