Ze kreeg amper een stuiver voor haar kansen, Van der Wal. Maar de kleine Groningse weerstond in een kopgroepje van drie de overmacht van Reitsma en ‘t Hart, ploeggenotes bij MK Basics. Samen kregen ze Van der Wal er niet onder, en vervolgens zagen ze tandenknarsend hoe zij naar de Nederlandse titel sprintte.
Het ongeloof stond te lezen in de ogen van Van der Wal. De 24-jarige Groningse had al eens afscheid genomen van de schaatssport, keerde dit jaar terug bij de marathon en veroverde prompt haar mooiste titel ooit. Maar haast net zo verbouwereerd was haar ploegleider Thijs de Vries.
Tot zijn wanhoop zag hij zijn pupil veel kopwerk verrichten bij het leidende trio. Hij maande Van der Wal bij het ingaan van de laatste ronde rustiger aan te doen. Van der Wal sloeg het advies in de wind. "Ik luister lang niet altijd naar Thijs", verklapte ze haar medevluchters.
Dat kenmerkte het vertrouwen in eigen kwaliteiten bij Van der Wal, die zich prettig voelde in het gezelschap van Reitsma en ’t Hart. "Ik was heel blij dat ik erbij zat. Natuurlijk zijn het sterke meiden, maar dat je ook nodig om weg te blijven in zo’n wedstrijd." Aanvankelijk bestond de groep zelfs uit vijf rijdsters, maar Anniek ter Haar en Margo van der Merwe konden het hoge tempo van de andere drie niet meer bijbenen.
Op het moment dat duidelijk werd dat deze drie om de titel mochten strijden, lag een scenario voor de hand waarbij Van der Wal het kopwerk zou mijden en de andere twee zouden pogen haar kwijt te raken. Maar dat gebeurde opmerkelijk genoeg heel lang niet. "In mijn optiek was het logisch dat ik in het kopwerk meedeed. Je bent met drie weg en wilt weg blijven. Als het gat groot genoeg zou zijn, konden we het altijd nog uitspelen."
Maar het duurde heel lang voor het zover was. Dat kwam vooral door de onzekerheid, stelde Van der Wal, die zich regelmatig afvroeg of het drietal wel weg zou blijven en die vraag ook stelde aan haar medevluchters. "Maar die wisten ook niet hoeveel voorsprong we precies hadden. En dan wil je gewoon blijven rijden."
Maar in de laatste ronde beseften de drie vrouwen zelf ook dat de titel onder hen verdeeld moest worden. Vanaf dat moment openden Reitsma en ’t Hart ook de aanval, maar Van der Wal pareerde alles. "Ik moest alert blijven, wilde geen van beiden laten wegrijden, want ik voelde me zelf heel goed."
Dat bleek. Reitsma en 't Hart moesten toezien hoe Van der Wal overal een antwoord op had. Maar dat antwoord moesten ze zelf in de sprint schuldig blijven. Dat was niet heel verrassend. Van der Wal staat bekend als een van de beste sprinters van het peloton. En deze winnende sprint leverde haar een geweldige nationale titel op.
Voor Reitsma en ’t Hart waren de druiven maar even zuur. "Natuurlijk balen we, want we hadden graag gezien dat een van ons beiden de titel had gepakt", stelde Reitsma. "Maar er viel niets af te dingen op de manier waarop Foske heeft gereden. Ze heeft haar deel van het kopwerk gedaan en niets gestolen. Zij was vandaag gewoon de sterkste."
Blijft het verhaal van Van der Wal – in 2006 al eens nationaal kampioene op kunstijs - toch opmerkelijk. Zeker in de wetenschap dat ze nooit eerder een wedstrijd over zeventig kilometer op natuurijs uitreed.
Eerder dit jaar op het Zuidlaardermeer startte Van der Wal wel, maar stapte ze na enkele ronden uit. Volledig gedesillusioneerd, en die deceptie droeg ze ook nu nog met zich mee. Want veel vertrouwen had Van der Wal niet in dit NK. "We hebben haar behoorlijk wat moed ingepraat om haar goed aan de start te krijgen. Ze zag er gewoon tegenop", vertelde ploegleider Thijs de Vries.
Van der Wal was ook een van de weinige vrouwen die niet al vooraf even op het ijs van het Belterwiede had gewaagd. "Daar heb ik de afgelopen dagen eigenlijk helemaal geen tijd voor gehad", bekende ze. "Ik heb tot en met gisteren gewoon gewerkt. Achteraf was dat misschien wel de beste voorbereiding."
En weg was Foske Tamar van der Wal. Krans om de nek, op zoek naar wat rust. Want over vier dagen wacht alweer het volgende NK. "Dat was eigenlijk mijn grote doel deze week. En dan win je tussendoor zo’n mooie titel. Onvoorstelbaar."