De geboren Holtenaar keerde in Wolvega terug op de basis. Tot 1999 reed hij bij de top van Nederland op het asfalt, toen inline-skaten nog skeeleren heette. Hij werd in 1999 wereldkampioen allround schaatsen bij de junioren en koos toen voor het schaatsen. “Ik kwam toen in Jong Oranje. Maar ik vind het skaten nog steeds heel mooi en daarom rijd ik nu de baancompetitie zolang dat te combineren is met de voorbereiding op volgende winter. Ik heb deze baan dicht bij huis en de haast familiaire sfeer in deze sport mij uitstekend. Toch wel heel ande opzrs dan bij het langebaanschaatsen.’’

 

Met bij begin van dit jaar het opgaan van de Skate Bond Nederland (SBN) in schaatsbond KNSB, is de baancompetitie flink uitgebreid. De organisatie van de eerste van veertien wedstrijden op de baan kon zich geen betere start van het seizoen wensen. Naast deze KPN-baancompetitie worden 14 wegmarathons gereden in de nationale Inline-skatecompetitie. De KNSB wil zo uitgroeien tot een schaats- én zomerbond. Op de baan worden dit seizoen per wedstrijd twee van de zes disciplines verreden die op EK en WK op het programma staan. Zo moet Nederland aansluiting krijgen bij de Europese- en wereldtop. “En als skaten een olympische sport wordt, dan kies ik weer helemaal voor de zomer’’, beloofde Tuitert.

De Heerenvener (30) liet in Wolvega zien dat hij in Nederland in ieder geval nog steeds met de besten mee kan. De sprintafstand werd gewonnen door Michel Mulder uit Zwolle, die de 300 meter reed in 26,78 seconden. Achter Sjoerd Huisman (Andijk) volgde Tuitert in het pak van de Control schaatsploeg op minder dan een seconde (27,50) van Mulder op de derde plaats. Op de 15 kilometer puntenkoers moest Tuitert afhaken. Toen waren het de specialisten die de toon zetten Sjoerd Huisman deelde het podium met Jan van Loon en Chrispijn Ariëns.

Bij de vrouwen werd de 300 meter gewonnen door Bianca Roosenboom uit Kampen, vóór Manon Kamminga (Haulerwijk) en Brooke Lochland (Kampen). De Australische Lochland was wel de snelste in de puntenkoers over 10 kilometer en hield toen Kamminga en Roosenboom achter zich.