"Eerst deed het natuurlijk even pijn", zei Tuitert. "Vijfde is een rotplek, maar als ik het rationeel bekijk dan moet ik tevreden zijn. Ik ben trots op mezelf dat ik zo ver gekomen ben. Dat ik een poging heb kunnen doen om mijn titel te verdedigen."
De rijder van team beslist.nl weerde zich met verve op de schaatsmijl. Volgens zijn coach, Gerard van Velde, reed hij zijn beste race in vier jaar tijd. "Dat weet ik niet", reageerde Tuitert. "Op het kwalificatietoernooi reed ik ook hard. Dit was vergelijkbaar. Het doet me wel goed dat ik laat zien dat ik een goede rit kan neerleggen op het moment suprême."
Met volle overtuiging was hij de 1500 meter ingegaan. "Ik was er klaar voor. Ik heb alles op de mat gelegd, maar er waren anderen beter. Dat is even zuur, maar ik zal er mee moeten leren leven."
Dat Zbigniew Brodka de snelste man van de dag was, verbaasde hem niet. "Brodka is geen kleine jongen. Hij behoort al twee jaar tot de meest constante rijders. Hij heeft het zeker niet gestolen", zei hij.
Voor Verweij voelde Tuitert medelijden. De Nederlander kwam 0,003 tekort voor de zege. "Ik begrijp de pijn wel. Ik vind het een mooie schaatser, een echte strijder. Het is zuur dat het zo’n klein verschil is."
Het goud dat al bij hem in de kast ligt, zal de verwerking van zijn vijfde plek een stuk vereenvoudigen, vertelde Tuitert. "Ik ben liever een keer eerste en een keer vijfde op de Spelen dan twee keer tweede", zei hij. "Na Vancouver kan mijn carrière nooit meer stuk."
Toch had Tuitert het de afgelopen jaren niet gemakkelijk gehad. Na zijn gouden medaille bij de vorige Winterspelen zakte hij sportief weg. Zelfs aan het einde van 2013, vlak voor het KNSB Kwalificatietoernooi (KKT) speelde hij met de gedachte om te stoppen met schaatsen. "Het is lang niet gemakkelijk geweest", gaf hij toe.
Zelfs in de laatste dagen voor zijn race was hij niet helemaal zeker van zijn zaak. "Twijfel is er altijd. Pas gisteren heb ik het denken los kunnen laten. Vandaag was ik vrij. Ik heb geconcentreerd en ontspannen kunnen rijden."
De 1000 meter had zijn lichaam wakker geschud en zijn jarenlange ervaring op de schaatsmijl hielp hem ook om rust te bereiken. "Bij de 1500 hoef ik niet na te denken. Dan neemt mijn lichaam het over."
Wat de toekomst hem zal brengen weet hij nog niet. "Je moet zo scherp zijn, je moet zo veel láten. Je moet zo veel opbrengen om op de Spelen te komen. Ik moet even nadenken of ik dat ook voor andere wedstrijden op kan brengen."
De keuze om zijn schaatsloopbaan te vervolgen valt of staat bij die opofferinggezindheid. "Als ik doorga, dan alleen met volle overtuiging. Voel ik die niet, dan niet. Ik zal de komende tijd bij mezelf te rade gaan."