In de VS was Jilleanne Rookard de beste op de 3000 meter. Met 4.05,68 won ze goud voor Petra Acker (4.16,53) en Anna Ringsred (4.16,90). Brittany Bowe maakte indruk op de eerste 500 meter door met 37,92 Heather Richardson te verslaan. Richardson reed 38,01. Derde op de sprintafstand werd Lauren Cholewinski (38,17).
Ook de Amerikaanse heren reden een 500 meter. Daarop was Tucker Fredrick de snelste in 34,99. Mitchell Whitmore noteerde 35,10 en werd daarmee tweede. Brian Hansen reed in een persoonlijk record van 35,26 naar de derde plek. De 5000 meter in Salt Lake City was een prooi voor Jonathan Kuck. Hij reed 6.20,35. Shane Dobbin, de Nieuw-Zeelander, zette de tweede tijd 6.22,19. Omdat hij buiten mededinging meereed ging het zilver naar de pas zeventienjarige Emery Lehmann, die 6.24,73 op de klok zette. Het brons ging naar oud-inline-skater Joey Mantia (6.28,56).
Bij de afstandskampioenschappen in Japan reden de dames een 500, 1500 en 3000 meter. Op de sprintafstand werd Nao Kodaira (37,93 en 37,98) nationaal kampioene. Over de twee omlopen was ze Erina Kamiya (38,44 en 38,32) en Maki Tsuji (38,66 en 38,54) te snel af.
Op de 3000 meter was Nana Takagi de beste. Zij noteerde 4.10,04. Zilver was er voor Ayaki Kikuchi (4.10,75) en brons voor Shiho Ishizawa (4.11,20). Kikuchi was in 1.58,12 de rapste op de 1500 meter, voor de de bijna 39-jarige Maki Tabata (1.58,46) en Nana Takagi (1.58,70).
Op de 500 meter bij de heren was Keiichiro Nagashima de snelste op de eerste omloop met 35,15. Hij startte echter vals bij de tweede omloop en werd gediskwalificeerd. Hierdoor mocht Joji Kato met 35,43 en 35,01 de hoogste trede van het podium betreden. Yuya Oikawa (35,26 en 35,23) werd tweede en Ryohei Haga (35,51 en 35,41) derde.
De 1500 meter was een prooi voor de twintigjarige Shota Nakamura (1.48,79), voor Taro Kondo (1.49,07) en Makoto Owada (1.49,47). De achttienjarige Shane Williamson was de snelste op de vijf kilometer (6.31,33).