Boer miste vorig jaar de eerste twee World Tour-wedstrijden vanwege blessureleed, maar is goed op weg om er dit jaar wél van meet af aan bij te zijn. Met al aardig wat punten op zak (34,1) ziet het er rooskleurig voor hem uit. Het toernooi dat het voorbije weekend verreden werd in Thialf is de eerste hindernis; komend weekend volgt met de Dutch Open examen 2. Op basis van het totaal aantal behaalde punten wordt bekend wie er meegaan naar de eerste World Tour-races in Montreal.

Hoewel de 24-jarige sprinter op de laatste afstand (1000 meter) als zevende eindigde, is hij wel redelijk tevreden over het weekend. “Ik had gehoopt op een uitschieter en dat is nog niet gebeurd, maar ik was iedere keer wel ‘semi-oké’. Het draait toch om punten halen en ik denk dat ik wel lekker wat punten heb binnengeharkt”, vertelt de Boer. “Maar ik had gehoopt op een tweede plek, dat zou een nog beter gevoel hebben gegeven.”

Op zaterdag plaatste Boer zich op beide verreden afstanden, de 1500 meter en de 500 meter, voor de A-finale, wat dus tweemaal resulteerde in een top vijf-klassering. Dit lukte hem op zondag bij de 1000 meter niet: “Mijn benen waren goed, maar het waren net kleine dingen waardoor het niet lukte. De tweede plek in de B-finale is prima, maar het gevoel overheerst dat er meer in had gezeten.”

De World Tour-wedstrijden spelen een grote rol in de verdeling van de tickets voor de Olympische Spelen. Een goede prestatie tijdens dat prestigieuze toernooi vergroot de kans dat schaatsers worden geselecteerd. Dit houdt Boer wel bezig. “Er is wel extra spanning”, zegt hij. “Je weet waar het om draait, je moet presteren.” Toch stond de rijder met vertrouwen aan de start: “Ik heb vorig jaar een goed seizoen gedraaid en mijn waarde bewezen, dus ik hoop er dit seizoen weer te staan.”

Teun Boer
Teun Boer leidt de dans op de 1000 meter, maar zal de A-finale niet halen. | Foto: Neeke Smit

Het eerste toernooi was volgens Boer nog niet heel ingewikkeld. “In principe gewoon shorttracken”, noemt hij het. “Je wilt nu gewoon zo hoog mogelijk eindigen en zoveel mogelijk punten halen, elke afstand weer.” Maar, benadrukt hij, “je plaatst je nu niet alléén voor de World Tours. Iedereen weet dat wanneer je je nu plaatst, je al echt een voorsprong neemt op de concurrenten”, doelend op de olympische selectie verderop in het seizoen.

Waar het deelnemersveld deze week alleen uit Nederlanders bestond, zullen bij het tweede plaatsingsmoment ook buitenlandse shorttrackers aan de start staan. Volgens Boer brengt dit weer een heel andere dynamiek in de wedstrijd. “Dat is wel leuker. Je rijdt nu alleen maar tegen elkaar voor die plekken in de selectie. Komend weekend tref je ook andere tegenstanders en dan wil je net zo goed je rit winnen. Dat stukje brengt wel iets meer ‘normaal’ shorttrack.” Boer benadrukt dat het internationale deelnemersveld bovendien voor meer spanning zorgt en de wedstrijden naar een hoger niveau tilt.

Wanneer de shorttrackers volgende week aan de start staan, is er dus ook al een tussenstand bekend. Waar sommige schaatsers risico’s zullen moeten nemen om zich nog bij de beste zes rijders te knokken, zullen anderen meer op safe spelen. “Dat is wel héél lelijk shorttracken en dat is niet leuk. Maar ja, punten halen is dan wel even het belangrijkst”, vertelt Boer.

Boer gaat met vertrouwen richting Thialf volgende week. “Ik houd een goed gevoel aan dit weekend over. De snelheid zit goed en qua uithoudingsvermogen heb ik mezelf ook wel bewezen. Ik was eigenlijk wel positief verrast.” En of de Spelen volgend weekend dan ook al door zijn hoofd spoken? “Ik denk in kleine stappen, dus vandaag was dat zo hoog mogelijk eindigen op de 1000 meter. Je kunt niet gaan denken als ik nu hoog eindig, haal ik meer punten voor dit en dan weer voor dat. Als je te ver vooruitdenkt maak je jezelf helemaal gek”.