'Te weinig actie'. 'Te berekenend'. 'Te voorspelbaar'. En zo waren er afgelopen winter in een evaluatiebijeenkomst van schaatstrainers en -coaches meer van dergelijke opmerkingen te horen, toen de mass start ter sprake kwam. “Dat was voor de Technische Commissie Langebaan van de ISU aanleiding om na te denken over een ander format”, licht commissielid Hanjo Heideman toe. “Zo hebben we besloten een afvalrace te proberen. Als de test eind deze maand in Heerenveen goed uitpakt, wordt het een pilot tijdens de junioren World Cups 2 en 3 in Collalbo en Inzell.”

Op 28 september doen er 24 junioren mee aan de wedstrijd, waarin na elke twee ronden de twee rijders die als laatsten de finishlijn passeren (gekeken naar de transponderregistratie) de race moeten verlaten. “Wanneer de groep is uitgedund tot zes man, worden er nog twee ronden geschaatst waarna de eindsprint bepaalt wie er winnaar is. Om verwarring te voorkomen over welke schaatsers onderweg afvallen, wordt iedereen uitgerust met een pieper die ook kan trillen. De wedstrijdleiding zal via de piepers een signaal doorgeven aan de hekkensluiters. Op die manier weten de atleten zelf dat ze uit koers moeten.

“Bovendien staat er op de kruising iemand die de helmnummers zal tonen van de afvallers”, aldus Heideman. “Werkt dat niet naar behoren, dan zullen we een andere methode moeten zoeken.” Er wordt in het schaatsen altijd gekeken naar de voorste punt van de glij-ijzers. “In het skeeleren telt de achterkant van het laatste wiel. Toch houden we het vooralsnog op de schaatspunt.”

Heideman hoopt dat een afvalrace meer spektakel zal bieden.“Vooral de halve finales van de mass start zijn dikwijls saai, want ze missen de actie en er wordt meestal calculerend gereden. Daardoor is het niet leuk om naar te kijken. Bij de afvalkoers sneuvelen elke twee ronden twee mensen; dat betekent dat iedereen alert moet zijn om tot de finale te kunnen doordringen. Ik ben benieuwd wat de testwedstrijden opleveren. Het is nu het juiste moment te experimenteren. Na de Olympische Spelen hebben we drie winters om iets te implementeren.”