We moesten er lang op wachten, maar eind december werden bij de KPN NK Afstanden dan toch de eerste nationale langebaantitels verdeeld. En het draaide in Thialf niet alleen om gouden medailles, want ook (een groot deel van) de startbewijzen voor de WK Afstanden en het EK Allround stonden op het spel.
Ireen Wüst haalde vlak voor de start van de NK misschien nog wel iets belangrijkers binnen dan een titel of een startbewijs. Na een lange zoektocht kon de Brabantse bekendmaken in Justlease.nl een geldschieter te hebben gevonden voor haar tot op dat moment sponsorloze Team4Gold.
Een flinke opsteker voor Wüst die een rampzalige eerste seizoenshelft achter de rug had. De naweeën van een hoofdblessure die ze opliep bij een val tijdens een fietstraining in de voorbereiding zorgde ervoor dat de destijds 29-jarige geruime tijd aan de kant stond.
Bij haar rentree in Heerenveen liet Wüst meteen zien ook echt op de weg terug te zijn. De viervoudig olympisch kampioene kwam op drie afstanden in actie en stond telkens op het podium. Brons op de 1000 meter, zilver op de 1500 meter en zelfs goud op de 3000 meter.
Daar kwamen ook nog eens drie tickets voor de WK Afstanden en plaatsing voor het EK bij. Na de deal met Justlease.nl gaf Wüst aan zich vooral erg opgelucht te voelen en bij de NK maakte dat gevoel zelfs plaats voor driedubbele blijdschap. Als er een iemand zin had in 2016 was zij het wel.
Jorrit Bergsma zal zich daarentegen wel eens beter hebben gevoeld tijdens de jaarwisseling. Bij de NK stortte de rijder van Team Clafis in de laatste ronde van de tien kilometer compleet in, waardoor hij niet verder kwam dan de vierde tijd.
Na zijn race kreeg Bergsma te horen dat hij, vanwege het wegtrappen van een pion, gediskwalificeerd was, maar ook als dat niet het geval was geweest, was de conclusie duidelijk: de wereldkampioen op de langste afstand ging zijn titel bij de WK Afstanden niet verdedigen.
Bovendien had Bergsma na afloop van zijn ramprace in Thialf geen idee wat er met hem aan de hand was. De tien kilometer was altijd een zekerheidje voor de Fries en dan niet verder komen dan 13.07,77.. "Dat mag niet”, stelde de ontgoochelde stayer zelf in ieder geval wel onomwonden vast.
Bergsma’s ploeggenoot Erik Jan Kooiman deed begin december in Inzell wel waar hij voor gekomen was. Onder toeziend oog van vader Jan en moeder Ineke - die allebei ooit ook uurrecordhouder waren - reed de oud-aardrijkskundeleraar de topafstand van Douwe de Vries uit de boeken.
Dat ging Kooiman voor zijn gevoel gek genoeg makkelijker af dan gedacht. “Na twintig rondjes dacht ik: als ik het maar volhoud. Maar dat lukte en toen ik in de flow zat, zat ik zo op tachtig”, zei de rijder die in een uur 43.735,94 kilometer aflegde na afloop.
Kooiman was echter niet de enige die met succes een aanval deed op het uurrecord. Maria Sterk wist al snel dat haar uit 2005 stammende record geen probleem vormde voor Carien Kleibeuker, die ruim vier kilometer meer aflegde en uitkwam op 40.569,56 kilometer.
Hoe makkelijk het voor de buitenwereld ook oogde. Kleibeuker moest bekennen dat ze het behoorlijk zwaar had gehad. Toch genoot de geboren Rotterdamse met volle teugen. Want als rondjes schaatsen dat is wat je het liefste doet, hoe vrolijk word je dan van ruim 101 ronden?
Sjinkie Knegt had de laatste jaren al veel gewonnen, maar toch had hij een groot hiaat op zijn erelijst. De Fries werd in 2015 weliswaar wereldkampioen shorttrack en pakte voorafgaand aan de World Cup in Nagoya tien keer afstandszilver op het hoogste mondiale niveau, maar goud kwam er nooit.
Tot afgelopen december, want toen was Knegt bij de wereldbekerwedstrijden in Japan ruimschoots de beste op de 1500 meter. In de laatste ronden sloeg hij een gaatje met de concurrenten, die hem vervolgens nooit meer konden bedreigen.
Bondscoach Jeroen Otter had het voor het bewuste weekeinde al gezegd: een zege van Knegt was een kwestie van tijd. En ook de winnaar van olympisch brons op de 1000 meter bij de Spelen in Sotsji keek rustig terug op zijn prestatie. “Ik zag het aankomen”, was zijn zoals altijd nuchtere commentaar.
Wat goed is komt snel, zeggen ze altijd. Dat geldt zeker voor Suzanne Schulting. Eerder in het seizoen liep de achttienjarige shorttrackster net een medaille mis bij de World Cup in Montreal, maar in Sjanghai was het wel raak.
Schulting ging op de 1000 meter met het zilver aan de haal en als de jury niet had besloten tot een herstart, had ze zelfs goud gegrepen. Dat de jongeling kalm bleef en alsnog naar een tweede plaats reed, was al een overwinning op zich.
Meer finales rijden. Dat was waar Schulting na haar race in China op hoopte. Met de wetenschap van nu was dat misschien wat voorzichtig gesteld, maar als we ons ooit afvragen waar het succesverhaal van de juniore echt begonnen is, dan is het antwoord in ieder geval Sjanghai.