De 21-jarige shorttrackster schaatste een jaar geleden de eerste drie kilometer in haar carrière en kwam daarin tot een verdienstelijke tijd van 4.19,92 seconden. Dit jaar wil Ter Mors een poging wagen om zich te kwalificeren voor de NK afstanden.
Daarvoor moet het zo’n anderhalve seconde harder (4.18,50). Ter Mors heeft er alle vertrouwen in dat dat mogelijk is. “We trainen hard en ik voel me fit. Aan de fitheid en de conditie zal het niet liggen. Het gaat erom of ik het over kan brengen op de klapschaats.”
Voor Ter Mors is de trainingswedstrijd zaterdag haar enige kans. Langebaanwedstrijden zijn moeilijk in te plannen in de volle shorttrackagenda. Vorige week stond ze in Heerenveen nog aan de start van de Invitation Cup, volgende week vertrekt ze met de Nederlandse ploeg naar Salt Lake City voor de eerste wereldbekerwedstrijd van het seizoen. Daardoor mist Ter Mors ook het kwalificatiemoment voor de NK tijdens de Holland Cup in Enschede.
Een tweede kans krijgt ze dus niet. Mocht het onverhoopt niet lukken om zaterdag direct onder de limiettijd te duiken, dan is dat geen drama. “Het is gewoon leuk om te proberen. Om te laten zien dat ik kan langebanen. We zien wel wat er uitkomt. Niks moet.”
“De vorig keer had ik een moeilijke start. Het is een hele andere techniek. Dat is erg wennen, maar het gaat nu een stuk beter. Daar kan ik gelijk winst pakken.” De Twentse denkt dat de drie kilometer haar wel ligt. “Ik ben meer een duurrijder en op deze afstand is techniek wat minder belangrijk dan op de sprintonderdelen. Bovendien is het op de drie kilometer makkelijker om je te plaatsen.”
Vanaf elfjarige leeftijd draaide Ter Mors haar rondjes op de shorttrackbaan. Bij de Nederlandse shorttrackselectie stapte ze bij langebaantrainingen voor het eerst op klapschaatsen. Deze zomer trainde Ter Mors met haar ploeg op het zomerijs van Thialf, maar specifiek getraind voor haar langebaanavontuur heeft ze niet.
“Ik ga er open in. Timetrials hebben me altijd goed gelegen, dus dat is een voordeel.” Met het switchen van shorttrack naar de langebaan heeft Ter Mors weinig moeite. “Bij de eerste slagen merk je wel even dat de ijzers anders onder je schaatsen staan. Maar eigenlijk rij ik zo weg.”
Bij haar debuut een jaar geleden reed Ter Mors zonder coach en zonder rondebord. Dat zal zaterdag anders zijn. “Ik wil een vlakke race rijden, dat is mijn sterke punt. De vorige keer had ik geen idee wat voor rondetijden ik reed of hoe hard het ging. Nu wil ik de rondetijden van tevoren afspreken en die aanhouden.”
Hoe haar avontuur ook uitpakt, de focus blijft voor Ter Mors, die afgelopen seizoen met haar team zeer succesvol was met de Europese titel en zilver bij het WK, bij haar eerste liefde. “Shorttrack blijft de hoofdzaak. Dit is bijzaak. Vorig jaar heb ik bij wereldbekerwedstrijden vierde en vijfde plaatsen behaald. Dit jaar ga ik voor het podium.”