Hoeveel sneller, kon Ter Mors niet zeggen. "Daarvan heb ik geen idee. Ik heb nog te weinig ervaring om dat te kunnen voorspellen."
In de finale tegen de Poolse dames reden Ter Mors, Ireen Wüst en Marrit Leenstra hun eigen rit. De aandacht voor de tegenstander was er niet. "Tijdens de race ben je vooral bezig met goed schaatsen. Je ziet de tegenstander eigenlijk niet, pas als je ze in de rug kijkt. Dat hadden we met de Polen en dan weet je dat het goed zit."
Toch kon toen de vlag ook nog niet uit. "De laatste rondes dachten we vooral: geen blokje raken, geen valpartijen."
Niets ging mis en zo ging Ter Mors met haar ploeggenotes als winnaressen over de streep. De medaille op de ploegenachtervolging is volgens Ter Mors een bijzondere, juist omdat het geen individueel nummer betreft. "Dat maakt deze medaille mooi, dat het met het team gelukt is. Met een team rijden is iets speciaals, het moet bij iedereen kloppen. Dat is ook de uitdaging."
Voor Ter Mors was de gouden medaille de tweede, na haar zege op de 1500 meter. "Ik ben heel blij met twee keer goud. Ik haal hier op de langebaan alles wat ik kon krijgen. Het shorttrack was ook wel mooi. Ik was sterk, maar daar mist natuurlijk wel het eremetaal."
De combinatie van shorttrack en langebaan viel de Twentse niet zwaar. "Ik zei gisteren nog tegen Jeroen Otter dat het me verbaasde hoe gemakkelijk ik steeds overstapte. Een paar dagen geleden zat er maar twintig minuten tussen en reed ik vervolgens mijn snelste rondes ooit."
Met de team pursuit zijn de Spelen voor de schaatsers en ook voor Ter Mors klaar. Maandag vliegt de complete equipe terug naar Nederland. "Ik ben blij dat de twee weken hier voorbij zijn", gaf Ter Mors, die tevreden terug naar huis gaat, toe. "Ik ben hier heel gelukkig mee."