Al op zijn dertiende was Ted Dalrymple lid van een KNSB Talent Team (KTT). Als talentvolle shorttracker trainde hij vele malen in de week, met als doel de wereldtop op de 111-meterbaan te halen. Op een gegeven moment merkte hij dat de rek eruit was. Het was lastig progressie te boeken en als een van de oudsten van KTT Noord had hij geen rijders om zich aan op te trekken. Omdat er afgelopen winter slechts enkele shorttrackwedstrijden op zijn kalender stonden, besloot hij wat vaker te langebaanschaatsen, de sport die hij al langere tijd beoefende in dienst van het shorttracken.
Ternauwernood waren zijn tijden voldoende voor de eerste Holland Cup van de winter, de IJsselcup in Deventer. Dat hij daar liefst drie tickets (500, 1000 en 1500 meter) verdiende voor het World Cup Kwalificatietoernooi, kwam totaal onverwacht. Het gaf de 21-jarige rijder vertrouwen en deed hem besluiten zich meer te richten op de langebaan. Hij verbeterde zijn techniek, haalde 1,6 seconden van zijn persoonlijk record op de 1000 meter af en deed voor het eerst mee aan een NK Sprint. Voor hem voldoende bewijs om het shorttrackijs definitief achter zich te laten en volledig te kiezen voor een toekomst op de langebaan.
Hij startte na de winter de zoektocht naar een langebaanteam en raakte in gesprek met Jutta Leerdam. “Of ik bij haar wilde komen schaatsen met Kai Verbij. Ik was gelijk enthousiast over het trainen onder Kosta (Poltavets, red.) en de samenwerking met Team Novus. Een mooie kans voor mij om stappen te zetten op de langebaan.”
Dalrymple bewandelt daarmee een vergelijkbaar pad als zijn oud-ploeggenoot Jenning de Boo, die vanuit een shorttrackachtergrond inmiddels grote furore maakt op de langebaan. De mannen zaten samen in de shorttrackploeg van KTT Noord, waar ze zich ook plaatsten voor de World Cups op de langebaan. “We hebben in een seizoen veel wedstrijden samen gereden. Hoe Jenning in zo’n korte tijd al zoveel bereikt heeft, is heel knap. Natuurlijk is hij daarmee een inspiratiebron voor mij. Ik heb hem dan ook om advies gevraagd. Hij gaf mij mee te doen wat voor mij het beste zou voelen.”
Voor Dalrymple ligt de hoogste prioriteit op de 1000 meter, waarbij hij ook 500 en 1500 meters zal rijden. “Er zijn technisch veel punten te verbeteren. Welke aanpak precies het best werkt voor mij, zullen we deze zomer ontdekken. Ik vind die zoektocht en vrijheid heel leuk. Het geeft mij extra motivatie alles goed aan te pakken en er vol voor te gaan.”
Nog geen internationale wedstrijden gereden op het hoogste niveau, maar wel dagelijks trainen met twee wereldkampioenen. “Heel vet om met Kai en Jutta te werken. Kai is nog steeds gigantisch snel en dat is direct merkbaar op de baan. We maken elkaar allemaal beter. Van Jutta kan ik eveneens veel leren. We hebben een goede vibe in de ploeg, het is heel gezellig. Daarbij is het een stuk professioneler dan bij het KTT. Ik was eraan toe deze stap te zetten.”