Christiaan Hoekstra, Marc Middelkoop en Timo Verkaaik zijn de bekende krachten binnen de ploeg en krijgen dit jaar gezelschap van Tom den Heijer en Wabe de Rooij, die beiden doorstromen uit de beloftendivisie. Niels Overvoorde komt over van AB Vakwerk, waar hij de afgelopen jaren met name knechtenwerk verrichte voor kopmannen als Gary Hekman en Bart Hoolwerf. Op de Weissensee wist hij in 2019 zijn eigen kans te grijpen met een derde plaats in de Aart Koopmans Memorial.
Ploegleider Mario Donker en trainer Kurt Wubben zien voldoende mogelijkheden om de podiumambities waar te maken. Wubben, vroeger een gekend aanvaller in het marathonpeloton en winnaar van zestien marathons op kunst- en natuurijs, zegt daarover: "Naast de drie debutanten hebben we in deze ploeg ook ervaren mannen die al op het podium hebben gestaan en die, na jaren 'in dienst van' te hebben gereden, nu voor eigen kans kunnen gaan. Als we dat een beetje slim doen en als hecht team rijden, kunnen daar mooie uitslagen uitrollen. En over dat hechte team maak ik me geen zorgen. Doordat alle rijders vlak bij elkaar wonen, is er veel samen getraind en is de teamspirit prima in orde."
Voor Hoekstra is het rijden zonder uitgesproken kopman een van de redenen dat hij vorig jaar terugkeerde bij de ploeg waar de Leidenaar ook zijn beloftentijd doormaakte. Hetzelfde geldt voor Overvoorde. "Het mooie is dat iedereen zijn eigen kans kan gaan", aldus Hoekstra. "Jongens moeten niet het idee hebben dat ze voor iemand moeten rijden." Dat betekent dat komend seizoen ook de 20-jarige De Rooij en de 21-jarige Den Heijer hun kansen kunnen pakken als die zich voordoen.
Den Heijer wist vorig jaar met name in het begin van het afgelopen seizoen goed te scoren, waardoor hij het jongerenklassement wist te winnen en een tweede plek veilig stelde in het algemeen klassement. In de Topdivisie kijkt hij vooral uit naar het tactische spelletje dat de ploegen spelen. "Vorig jaar liep ik soms achter de ploegleiders langs om even te kijken. Omdat ik al met deze ploeg trainde, wist ik wat ze van plan waren en hield ik hen meer in de gaten." Voor zichzelf ziet hij ook kansen. "De sprints zijn mijn grootste kans op een hoge uitslag. Het is een hoge ambitie om podium te rijden, maar we zullen zien."