Met vijf vrouwen hadden ze in Thialf een rondje voorsprong genomen. En toen Nadine Seidenglanz eens om zich heen keek, was de conclusie duidelijk. Van de sprinters Van der Wal en Huisman ging ze het zeker niet winnen, en Maria Sterk en Mireille Reitsma waren gewoon taaie tegenstanders.

''Versnellen kon ik niet eens meer. Dat rondje voorsprong krijgen had al aardig wat van me gevergd. Aanzetten ging niet, ik kon alleen maar één tempo rijden.’’

En dat was precies wat Seidenglanz deed. De 27-jarige rijdster van de Telstar-ploeg reed gewoon weg bij de andere vluchters, die elkaar vragend aankeken.

Een antwoord kwam er echter niet, waardoor Seidenglanz opeens een halve baan voorsprong had. Een sensatie leek ophanden. De Duitse rijdster won immers nooit, stond zelfs nog nimmer op het podium. En nu leek het erop dat ze in Thialf haar slag zou slaan.

Tot Mireille Reitsma het mooi genoeg vond. Zij schakelde naar de hoogste versnelling en opende de jacht op Seidenglanz. In haar kielzog sleepte ze de rest mee, en vooral daarom wekte haar actie enige verbazing. De gevolgen werden op het laatste rechte stuk duidelijk.

De volkomen leeggereden Seidenglanz viel stil, en zag op de streep Van der Wal en Huisman voorbij komen. De sprinters profiteerden dankbaar van Reitsma, die ze in een zetel naar de streep had gebracht. Van der Wal boekte zo alweer haar derde zege op rij, en maakt daarmee duidelijk dat ze vooralsnog op eenzame hoogte staat in het peloton.

Seidenglanz was een illusie armer. ''Jammer dat het zo loopt’’, treurde ze. ''En wat een ongelooflijk einde. Ik was bijna op de finish toen ik werd ingehaald. Maar ik kon echt niet meer. Op het laatste rechte stuk schoot de kramp erin en ik wist eigenlijk niet meer hoe ik nog vooruit moest komen.’’

Ze zag echter ook de zonzijde. ''Ik heb wel de eerste podiumplek uit mijn loopbaan gepakt, maar als je er zo dicht bij bent, wil je toch meer. En ik begreep dat veel meiden mij de overwinning gunden. Dat is fijn om te horen. Toch, zoveel kansen op een overwinning krijg ik niet. Maar ik heb alles gegeven, meer kan ik niet doen.’’