Stralend ving Last-Kijk in de Vegte achter de finish haar ploeggenotes van Palet en ook MK Basics op. Stuk voor stuk vielen ze jubelend in haar armen. Eindelijk, eindelijk was de ban gebroken, klonk het. "We zijn hier twee keer tweede geworden op het ONK, maar daar bleef het altijd bij", wist Last-Kijk in de Vegte. "Die overwinning, daar hikten we echt tegenaan. Of dit dan een bevrijding is? Natuurlijk is dit een bevrijding."

Het was ook de gedachte die de schaatsster uit Genemuiden bezig hield in de finale van de koers over 75 kilometer, waarin ze samen met Kleibeuker en Soemanta in de finale mocht knokken om de winst. "Het was het enige wat ik onderweg dacht: ik moet hier winnen, ik moet hier winnen, anders is de hele ploeg boos op me. Dat laatste is natuurlijk niet waar, maar dat hield ik mezelf voor om me een beetje op te peppen."

Het was de tweede finale die Last-Kijk in de Vegte in drie dagen reed. Zaterdag zat ze er ook al bij in Goingarijp, toen ze samen met Foske Tamar van der Wal was weggereden. In de sprint moest ze het afleggen tegen het kanon uit Groningen, maar goed voor het zelfvertrouwen was het wel. "Daardoor kwam ik naar de Weissensee met het idee dat ik misschien wel sterker ben dan ik dacht, met het idee dat ik echt in vorm ben."

De rijdster van Palet aarzelde ook geen moment toen een paar ronden voor het einde Carien Kleibeuker wegsprong en Soemanta mee kreeg. Last-Kijk in de Vegte zat achter ploeggenote Wieteke Cramer, die aarzelde. "Zij ging niet, ik wel. Dit kon de slag wel eens zijn, dacht ik. Vervolgens hadden we toch al heel snel een gaatje." De samenstelling van de groep was ideaal, vond ze. 

"Ik heb altijd gezegd dat ik moet wegrijden met een groepje waarin ploeggenotes zitten van Foske Tamar van der Wal en Mariska Huisman. Dat was dit groepje. Beter kon niet."Waar ze normaal altijd de angst heeft voor het gemak waarmee Huisman gaatjes naar een kopgroep dichtrijdt, hoefde ze daar nu niet over in te zitten. Juist Huisman en Van der Wal waren de vrouwen die op kop van het peloton als eerste in de remmen gingen. Daardoor liep de voorsprong van de drie snel op."

Kleibeuker reed bij ons op kop ook zo ontzettend hard door. Onvoorstelbaar", sprak Last-Kijk in de Vegte vol bewondering. De samenwerking stokte in de laatste kilometers, met de finish in zicht. "Kleibeuker was al twee keer weggereden, maar we konden haar steeds terughalen. Zij was in de laatste kilometer ook degene die de sprint aan ging. Voor de laatste bocht was ik weer bij haar en toen we daar uitkwamen, voelde ik het opeens. Niemand ging mij meer inhalen, die zege ging er komen. Dat is echt zo’n gaaf gevoel."

De winst was hooguit een lichte teleurstelling voor vader Kijk in de Vegte. Hij was nog onderweg naar de Weissensee en moest ‘s avonds arriveren. "Komt omdat ik eigenlijk mijn zinnen had gezet op de 200 kilometer. Ik was te vroeg", legde Last-Kijk in de Vegte met een lach uit. Ondertussen sloot ook Wieteke Cramer de winnares in haar armen. "Heb je hetgezien?", vroeg Cramer. "Ik kwam als laatste binnen. Als nummer 74 en toch juichen. Dat doen er niet veel hoor." Beter kon de opluchting binnen de ploeg niet geïllustreerd worden.