Met een tijd van 35,23 eindigde Merijn Scheperkamp na de eerste 500 meter slechts op de zevende plaats, terwijl top-5 noodzakelijk was voor de World Cups. Daarom besloot Scheperkamp om met medicatie te schaatsen. “Ik rijd liever niet op pijnstillers, maar dat moest ik de tweede rit toch doen. Tijdens de eerste omloop bewoog ik lastig. Ik wil niet zeggen dat mijn medicatie mij harder heeft laten schaatsen, maar daardoor kon ik wel makkelijker bewegen. Eenmaal in de racemodus voel ik de pijn toch niet.” De pijnstillers hielpen, want met 34,88 eindigde de pupil van Jac Orie als tweede.
Scheperkamp liep zijn kwetsuur vorige week op tijdens de training. “Bij de start is mijn lies stijf geworden. De gehele week heb ik rustig aan moeten doen en niet kunnen starten. Maar er zijn geen excuses deze weken, je moet er gewoon staan. Gelukkig hebben we een goede staf, die weten wat ze doen en wat er met mij aan de hand is. Als het gescheurd zou zijn, was het natuurlijk een ander verhaal geweest. Mijn lies is erg opgezet en er staat veel spanning op. Dat wil je wel, maar niet te veel.”
De nummer één van het Olympisch Kwalificatietoernooi vorig jaar was niet bang om verdere schade op te lopen en kon dus rijden. “Van tevoren wist ik dat ik aan de bak moest, de 500 meter zit in Nederland dicht bij elkaar. Je kan zomaar achtste worden of eerste. Als je de eerste verkloot – sorry, ik heb er geen andere woorden voor – dan staat de druk er vol op.”
Gelukkig kon de pas 22-jarige schaatser bouwen op zijn ervaring. “Vorig jaar heb ik tijdens het NK Afstanden hetzelfde meegemaakt. Toen had ik tweemaal vals en in de laatste omloop reed ik – net als vandaag - 34,8. Daar putte ik vertrouwen uit. Afgelopen winter heb ik het niet één keer laten zien, maar het gehele seizoen. Het zou nergens op slaan als ik het nu niet zou halen. Ik zou mezelf dan tekort doen.”
Ook de winnaar van de 500 meter behaalde zijn snelste tijd in de laatste omloop. Stefan Westenbroek verbrak zijn persoonlijk record van 34,94, gereden tijdens het NK Clubs op 1 oktober. De 34,87 van vrijdagavond bezorgde de 20-jarige Ommenaar tranen in de ogen. “Fantastisch! Deze had ik niet aan zien komen. Ik merkte dat ik veel frustraties had van de eerste 500.” Want alhoewel Westenbroek dit seizoen dus al een 34’er gereden had, reed hij vrijdagmiddag ‘slechts’ 35,14.
“Ik kreeg van mijn coaches tussen de races door een peptalk. Zij vertelden me dat ik rustig moest blijven. Een 500 meter rijd je wel vaker, je weet in principe hoe het moet." Westenbroek kijkt uit naar zijn internationale avontuur. "De World Cups zijn een mooie training, je leert veel van zo’n trip naar het buitenland.”
Naast zijn technische verbeteringen merkte de rijder van Reggeborgh dat de sfeer binnen het team beter was dit seizoen. “Vorig jaar was een olympisch seizoen, dat was stressvoller. Niet per se voor mij, maar wel voor mijn teamgenoten, wat ik begrijp. Nu gaat het gemoedelijker en relaxter, daar ga ik goed op.”
Ook Dai Dai N'tab, Janno Botman en Hein Otterspeer wisten in de top-5 te eindigen en lijken zeker van de World Cups. Benieuwd naar alle uitslagen en het programma van zaterdag? Bekijk dan de kalenderpagina.