Met kop en schouders staken Patrick Roest en Jorrit Bergsma boven de rest uit op de 5000 meter. De twee schaatsers, die beiden de overstap hebben gemaakt naar een nieuw team, reden in rit acht tegen elkaar. Ze maakten er een geweldig gevecht van. Roest klopte z’n concurrent uiteindelijk met twee tienden. “Ik wist dat ik aan het eind van mijn rit nog iets over moest houden om hem op te vangen”, vertelde Roest na afloop. “Ik ging de race misschien iets verstandiger in dan voorgaande jaren, daarom kon ik in de slotronde gelukkig nog versnellen en bleef ik hem net voor. Als je zo met elkaar in gevecht bent, wil je die rit natuurlijk ook graag winnen."
Bergsma had de 5000 meter ook graag gewonnen, maar was na afloop wel tevreden over zijn rit. “Dit is een prima race om je seizoen mee te beginnen”, aldus de schaatser van Jumbo-Visma. “Ik hield Patrick de hele tijd in het vizier, dus ik hoopte dat er aan het eind van de rit nog iets mogelijk was. Maar ik wist ook dat ik de laatste buitenbocht had, dus ik moest de versnelling al vroeg inzetten. Ik heb het geprobeerd, helaas lukte het net niet. Maar ik sta er goed voor en daar ben ik heel tevreden mee.”
Ook Bergsma’s ploeggenoot Kars Jansman was blij met zijn rit. De 27-jarige schaatser eindigde in 6.19,63 als vijfde en plaatste zich op de 5000 meter voor de World Cups. “Ik ben heel blij dat ik die wedstrijden mag gaan rijden. Plaatsing voor de wereldbekers was echt mijn grote doel, dit geeft heel veel vertrouwen. Ik ben maar een paar tienden van het podium verwijderd, dit was gewoon een goede rit."
"In het voorseizoen ging het vrij wisselvallig. Ik was veel bezig met m’n materiaal, dacht door wat kleine aanpassingen te doen nog harder te kunnen schaatsen. Maar dat was niet zo. Deze week heb ik alles weer terug naar het 'oude' gezet, terug naar hoe het vorig jaar was. Op de trainingen voelde het direct weer vertrouwd. Toen wist ik ook: als ik zo blijf schaatsen, eindig ik wel bij de eerste vijf. Ik had er dus wel vertrouwen in dat het zou lukken, maar je moet het nog wel even doen.”