Dat zegt Orie in een interview met NU.nl. "Dat hangt aan een zijden draadje. De gesprekken daarover vinden na de Spelen plaats. We zijn hier bezig met sporten en daar moet je niet tussendoor gaan fietsen."
Van Riessen was de enige schaatsster van Team Activia die de Spelen wist te halen. Ze eindigde als elfde op de 500 meter. Gerritsen en Valkenburg waren er in Vancouver nog bij op de Spelen, maar redden het nu niet.
Orie kreeg in Sotsji wel goed nieuws van BrandLoyalty, de sponsor van zijn mannenploeg die met drie medailles goed presteerde op de Spelen."Ze steken er veel energie in en dat is geweldig. Het leuke ervan is dat ze voor vier jaar door willen. Daar moeten we nog wel wat gesprekjes over voeren, maar het is voor ons een enorme opsteker."
Het aantrekken van nieuwe sponsoren hangt samen met het conflict dat speelt tussen de commerciële teams, vertegenwoordigd door de Vereniging Professioneel Schaatsen, en schaatsbond KNSB.
De ploegen willen onder meer minder licentiegeld betalen en meer ruimte voor commerciële uitingen."Het concurrentiemodel is de grote drijfveer achter het olympische succes. Dit is het resultaat van al die jaren tegen elkaar knokken. Het zou ontzettend zonde zijn als we dit uit onze handen laten glippen. Dat is ongekend. De KNSB en de VPS moeten snel tot elkaar komen."
Acht maanden deed Orie er in 2012 over om een nieuwe sponsor te vinden voor zijn schaatsers. Een dergelijk traject wil de 46-jarige Hagenaar niet meer in. "Dat ga ik zeker niet meer doen. Ik denk dat we op de bodem terecht zijn gekomen en misschien wel daaronder."
"Vanaf de commercialisering van het schaatsen zijn de budgetten steeds meer omlaag gegaan terwijl de commerciële teams ontzettend veel geld in de sport hebben gestopt. Daardoor hebben we nu de kennis en de faciliteiten en dat moeten we niet vergeten."
De pupillen van Orie droegen bij aan het grote succes van de Nederlandse schaatsers op de Spelen. Stefan Groothuis won in Sotsji goud op de 1000 meter, Jan Smeekens pakte zilver op de 500 meter voor zijn teamgenoot Ronald Mulder. Op de kortste afstand en de 1500 meter, die geen medailles opleverde voor zijn ploeg, ziet Orie ruimte voor verbetering.
"Die 500 kan sneller. Of die onder de 34 seconden kan? Ja, dat kan. Op de 1500 zien we dat er veel concurrentie is. Het is wel heel frappant dat de top tien uit zeven verschillende landen komt. Daar kunnen we van leren en zorgen dat we die 1500 meter weer helemaal naar onze hand weten te zetten."
Uit dat soort dingen probeert Orie inspiratie te halen richting de volgende Spelen van 2018 in Zuid-Korea. "Ik leer het meeste van grote toernooien omdat daar alles eruit komt dat ik erin gestopt heb. Ook als we winnen zie ik nog tekortkomingen. Dat geeft heel veel informatie en motiveert mij ontzettend."
Om de aandacht van het publiek vast te houden wordt veel gesproken over de vernieuwingen in het schaatsen. Orie is daar geen voorstander van. "Als je kijkt hoeveel mensen er keken naar het schaatsen met zo'n strijd. Het gaat de hele wereld over. Tegenwoordig wordt schaatsen zelfs uitgezonden in Spanje."
"De strijd is de reden dat mensen kijken. Dat iedereen alles geeft en niet de vorm waarin dat gedaan wordt. We moeten blijven vernieuwen en innoveren, maar we moeten oppassen dat we niet het goede weggooien. Ik geloof niet in allerlei bijnummers en varianten. Ik geloof in pure strijd."