‘Hoe zwaarder hoe beter’ is het adagium van de kopstukken. Alsof 100 km op ruw asfalt en met de altijd aanwezige polderwind nog niet slopend genoeg is, zeggen de favorieten stuk voor stuk dat ze de wedstrijd nog harder willen maken door er vol in te gaan.
"Vorig jaar zaten alle favorieten er in de finale nog bij’’, memoreert Gary Hekman (27), ook viervoudig marathonkampioen. De Van Wervenrijder boekte vorig jaar een nieuwe recordtijd van 2 uur en 45 minuten.
Veelvoudig wereldkampioen Bart Swings skeelerde vorig jaar voor het eerst 100 km. Hij verloor met een halve meter de sprint van Hekman. Dat wil de Powersliderijder niet weer laten gebeuren. "Ik zal aanvallender rijden’’, kondigt de Vlaamse superster aan. "Vorig jaar wist ik niet goed hoe ik een 100 km moest aanpakken. Ik was erg met mijn voeding bezig. Met nog 15 km te gaan dacht ik: o ja, ik moet de wedstrijd nog hard maken. Misschien heb ik iets te veel afgewacht, want ik voelde me in de tweede helft nog heel goed. Ik weet nu dat ik van 100 km geen schrik hoef te hebben.’’
Swings zal geen ploegmaats hebben, maar ziet dat niet als belemmering. Onder meer op het EK marathon vorige maand in Innsbruck en de marathon van Berlijn vorig najaar reed Swings superieur bij de concurrentie weg. De vraag is of hij dit op 100 km ook kan.
De C-A-F/Powerslide ploeg heeft aanvallers als Jorrit Bergsma, Bob de Vries en Niels Mesu, en speelt als sprinttroef viervoudig wereldkampioen Alexis Contin uit. "Met hem zijn we ook in de sprint kansrijk’’, is de overtuiging van zijn ploegleider Jillert Anema.
De Fransman zelf houdt een slag om de arm, want het wordt zijn eerste 100 km. "Ik kijk ernaar uit.’’
Gary Hekman heeft wel eens voorgesteld de wedstrijd nog 50 km langer te maken. “Iedereen is tegenwoordig zo fit. Honderd kilometer wordt ook in de training gedaan.’’
Wat ploegleider Jillert Anema betreft zou de uitputtingsslag wel 200 km mogen zijn. "Ik had altijd het idee dat de Bartlehiemtocht veel leek op een Elfstedentocht in de zomer. Maar de laatste jaren is hij lichter geworden. Iedereen kan 100 km aan, zeker op die grote wielen van tegenwoordig.’’
"Het wordt tijd dat onze ploeg een keer wint’’, vindt Ingmar Berga, die enkele malen op het erepodium stond. "Vorig jaar was het eigenlijk te makkelijk. Er gebeurde niet veel. Nu wordt er warm weer voorspeld, en er zitten weer ruwere stukken in. Dat is goed. Wij willen een zware wedstrijd.’’
De vrouwen krijgen 60 km voor de wielen. Bij de favorieten horen Irene Schouten, de winnares van 2013, en Sharon Hendriks die vorig jaar debuteerde met de tweede plaats. Hendriks: "Ik heb een goed seizoen, de marathons gaan beter dan vorig jaar. Maar Irene Schouten traint veel met de mannen. En Janita Crediet is ook altijd goed op lange afstanden.’’
Elma de Vries, die vorig jaar voor het eerst won in Hallum, twijfelt nog of ze weer start. "Vorig jaar zaten er mooie stukken nieuw asfalt in, maar daar hebben ze later weer split op gegooid.’’ De Vries ging het zware parcours met klinkers in de dorpen jarenlang liever uit de weg. "Maar ik ben ook eerzuchtig. En de organisatie verdient een flink peloton deelnemers.’’