Jan Amoraal (72) uit Heerenveen is met grote regelmaat op of rond ijsbaan Thialf te vinden. Sinds deze week rijden de topschaatsers daar weer hun trainingsrondjes in de aanloop naar het olympisch wedstrijdseizoen en ook Amoraal is alweer volop bezig met de voorbereidingen. Van olympische kriebels heeft hij als jurylid geen last. "Voor ons voelt het niet anders dan anders."

Sinds wanneer doet u vrijwilligerswerk bij het langebaanschaatsen?
"Sinds 1966. In 1967 is de ijsbaan officieel geopend en in 1966 hadden we rond de kerstdagen al wedstrijden."

Hoe bent u daarbij gekomen?
"Ik zat bij de atletiekvereniging in Heerenveen en trainde daar onder leiding van Piet Venema. Op een gegeven moment kwam Wim Comello, op dat moment de directeur van de KNSB, naar ons toe, want hij had juryleden voor de nieuwe ijsbaan nodig. En zo werden wij gevraagd."

Schaatste u zelf ook?
"In mijn juniorentijd deed ik wel kortebaanwedstrijden op houtjes en later heb ik ook wel toertochten gereden, maar nooit langebaanwedstrijden."

Wat bent u gaan doen?
"Ik ben begonnen als bochtcommissaris en dat heb ik zo’n twee tot drie jaar gedaan. Daarna ben ik kruispuntwachter geworden en dat ben ik tot op de dag van vandaag nog steeds bij de grote wedstrijden in Thialf.”

Wat vindt u zo mooi aan de functie van kruispuntwachter?
"Tja, dat vind ik een goeie vraag. Als kruispuntwachter heb je natuurlijk een enorme verantwoordelijkheid en dat heb ik me in de loop der jaren eigen gemaakt. Ik sta daar om ervoor te zorgen dat de kruising goed verloopt, dat er niet wordt gehinderd. De rijder vanuit de buitenbaan moet vrij naar binnen kunnen komen. En dat gaat soms met millimeterwerk. Een vroegere scheidsrechter zei wel eens: 'Zolang er een vloeitje tussen kan, gebeurt er niks'. Maar als dat niet kan, heb je een probleem en moet ik in overleg met de scheidsrechter."

Bent u altijd zeker van uw oordeel?
"Ja. In mijn visie en de functie die ik daarin heb, is het goed of fout. Een tussenweg bestaat niet. Wanneer ik denk dat de kruising goed verloopt, zeg ik niks en wanneer ik denk dat het fout gaat, ga ik naar de scheidsrechter. Dan vertel ik wat ik gezien heb en vervolgens raadpleegt hij z'n assistent en maakt een beslissing. Ik ben aangever en de scheidsrechter beslist. Met de moderne technieken van tegenwoordig kan het eventueel allemaal worden teruggehaald, maar daar sta ik niet om te springen. Het ziet er namelijk sowieso anders uit dan de split second waarin ik mijn beslissing moet nemen."

Tijdens het EK in 1971 was u kruispuntwachter bij de foute wissel van Jan Bols. Wat deed al die heisa daarna met een nuchtere Fries?
"1971 is de rode draad die door mijn leven loopt. Het komt nog wel eens ter sprake en er worden ook wel onwaarheden verteld. Dat ik bijvoorbeeld een hekel aan Jan Bols had, maar dat is absoluut niet waar. Ik ben naderhand nog bij Jan Bols geweest. Want ik ben inderdaad een nuchtere Fries, maar dat was wel iets dat mij een beetje zeer deed. Destijds stond ik nog op het ijs, dicht bij het publiek, en ik werd met woorden belaagd en uitgejouwd, maar daar was ik vrij snel weer overheen."


Foto: Martin de Jong

Naast kruispuntwachter doet u nog veel meer in Thialf.
"Dat klopt. De mensen zien me natuurlijk regelmatig met grotere wedstrijden met mijn neus vooraan staan en dat vind ik zelf ook wel leuk, maar ik doe nog meer. Afgelopen zondag was het bijvoorbeeld niet zo’n fraai weer en ben ik de hele dag bezig geweest met de jurylijsten voor de baan- en clubwedstrijden die in Thialf gehouden worden. Van tevoren geeft iedereen aan wanneer ze niet kunnen en dan maak ik een indeling. Dit lever ik in concept in bij de jurycoördinator en dan gaan we dat samen bekijken."

"Na al die jaren ben ik binnen het jurykorps een beetje het aanspreekpunt. Vroeger deden we alles, en was je soms dag en nacht bezig, maar nu zijn er meerdere jurygroepen. Wij verzorgen ook nog de scholen- en bedrijvenploegenachtervolging en enkele invitatiewedstrijden. En ik ben chef handtijd, daardoor ben ik nog altijd veel aanwezig. Valt er ergens een gaatje dan vul ik dat zelf wel weer even."

U steekt veel tijd in uw vrijwilligerswerk. Wat is voor u de voldoening?
"Daar ben ik ingegroeid en de voldoening blijft nog steeds. Ik vind het altijd mooi wanneer een seizoen begint, maar ook wanneer het eindigt. Dan zit ik namelijk weer in de wielrennerij. Daar doe ik vrijwilligerswerk voor de toerfietsclub en ik fiets zelf ook."

Wat vindt u het leukst om te doen?
"Dat zijn de jeugdwedstrijden. Die grotere wedstrijden lopen allemaal wel. Bij de jeugd gebeurt nog wel eens iets. Ik vind het ook leuk om die kinderen op hun gemak te stellen. Vooral pupillen zijn nog wel eens nerveus voor een wedstrijd."

U heeft de kinderen van Thialf groot zien worden.
"Ja, ik heb de grote rijders van Thialf ook als kleine schaatsertjes gezien. Ook Sven Kramer. Dat is natuurlijk heel leuk om te zien. En ook de tijden die bij jeugdwedstrijden worden gereden, zijn soms al formidabel. Tijdens de wedstrijd realiseer ik me dat niet, dan ben ik aan het werk, maar wanneer ik later de lijst nog eens terugzie dan dringt dat pas door."

Het jurykorps van de Koninklijke IJsvereniging Thialf ontving in maart de vrijwilligersprijs de Zilveren Duim 2012’.
"Dat vonden wij heel erg leuk. Een stukje waardering voor al ons werk. Want vrijwilligerswerk is niet vrijblijvend. Je neemt iets op je en dan moet je daar ook tijd voor maken. In deze tijd is het wel wat moeilijker om vrijwilligers te vinden, want men moet eerst in de agenda kijken of men wel kan."

"Maar zo'n waardering is natuurlijk erg leuk. Zo werd ik vorig jaar ook uitgenodigd toen de koningin in Thialf was. Zij wilde graag kennismaken met de jury. De oudste en de jongste in dienstjaren werden ontboden. Dat vond ik wel een hele eer. Je merkte ook direct dat ze echt geïnteresseerd was. Ze wist heel goed wat een kruispuntwachter moet doen op zo’n ijsbaan."

Krijgen ze u ooit nog weg op die plek?
"Dit seizoen zijn er al een paar mensen die naast mij staan en die ik met grote toernooien naar voren schuif. Dan ga ik erachter staan en geef ik aanwijzingen. Er komt natuurlijk een tijd dat het mooi geweest is en dan vind ik het leuk om nu al een opvolger op te leiden."

Welke vrijwilliger(s) wilt u graag terugzien in de ‘Vrijwilliger van de Week’, en waarom? Laat het ons weten door een mail te sturen naar redactie@schaatsen.nl