Wegens stijgende kosten heeft NOC*NSF moeten besluiten de medaillewinnaars niet meer financieel te belonen. De sportkoepel vindt het niet te verdedigen dat daarvoor elke vier jaar twee miljoen euro apart wordt gelegd. Liever wordt dat geld besteed aan talentontwikkeling en de topsportprogramma’s.

Yvonne van Gennip snapt de keuze van NOC*NSF om te korten op de bonussen, zodat de topsportprogramma's kunnen blijven draaien. Daarom oppert ze een andere mogelijkheid. “Dit is een prachtige kans voor bedrijven om zich op de kaart te zetten. Ondernemers, sta op! Ga kijken of je zelf die financiële waardering kan uitreiken. Het is geweldige reclame voor je bedrijf. Je associeert je met succes, met goud. Bovendien wordt het erg gewaardeerd door de sporters en hun omgeving. Pak je kans. Waardeer je helden.”

Als oprichtster van het Yvonne van Gennip Talentfonds ziet ze hoe hoog de kosten zijn voor de atleten. “Nederlanders genieten van hun prestaties en zijn trots. Iedereen staat te juichen en te klappen, de medaillewinnaars mogen naar het paleis en worden op verschillende plekken gehuldigd, maar daar kun je geen brood voor kopen. Sommige sporters hebben het geld hard nodig. Ook na hun carrière. Ze hebben hun maatschappelijke loopbaan aan de kant gezet en moeten na hun dertigste onderaan de ladder beginnen. Dan is het lekker dat ze een kleine basis hebben.”

'Van huldigingen en applaus kun je geen brood kopen' | Foto: Soenar Chamid

Hoe groot zijn de bonussen?

Komende winter maken de sporters in Milaan voor het laatst aanspraak op de zogenoemde medaillebonus. Een gouden plak brengt dan 30.000 euro in het laatje, een zilveren 15.000 euro en brons is goed voor 7.500 euro. Maar de atleten hoeven zich niet rijk te rekenen: meerdere medailles leveren geen extra geld op en de atleten zijn bijna de helft kwijt aan belasting (49,5%).

De koningin van Calgary, Yvonne van Gennip, ontving zelf een heel andere beloning voor haar drie olympische titels. “Ik kreeg drie cheques van 5000 gulden plus twee van 1500 gulden voor mijn wereldrecords, die ik kon besteden bij Philips. Ik ging net op mezelf wonen, dus het kwam hartstikke goed uit. Onder andere een wasmachine, stofzuiger en tv heb ik daardoor aan kunnen schaffen.”

Mocht de geldschieter uitblijven, is Van Gennip bereid zelf een crowdfundactie op te starten op haar platform. "Daar kun je een creatieve draai aan geven: dat elke donateur kans maakt om de cheque zelf te overhandigen of dat het bedrijfsleven bij elke donatie boven een bepaald bedrag een tegenprestatie levert. Ik ben benieuwd of Nederland opstaat. Dan zien we pas hoe belangrijk we deze kwestie vinden."

Esmee Visser en Irene Schouten

Esmee Visser werd op 22-jarige leeftijd olympisch kampioen en was een perfect voorbeeld van een rijder die de financiële beloning goed kon gebruiken. “In 2018 was ik nog een talent en reed ik bij RTC Noord. Ik moest geld betalen om mijn sport te kunnen beoefenen. Gelukkig konden mijn ouders in die tijd veel bekostigen. Een groot deel van de bonus heb ik dan ook gebruikt voor het schaatsen. Voor de sporters die dit steuntje in de rug goed kunnen gebruiken vind ik het jammer dat het wordt afgeschaft. Je geeft je hele leven op voor de sport. Daar mag wel iets tegenover staan, zoals iedereen die werkt wat verdient. Bovendien is een medaillebonus niet zo’n vetpot als mensen denken. Na het betalen van je huur en je materiaal ben je al bijna door het bedrag heen.”

Irene Schouten pakte op een later moment in haar carrière haar olympische medailles (3x goud, 2x brons) en gebruikte het bijbehorende geldbedrag voor haar huis. “Het belangrijkst is de gouden plak, daar doet iedereen het voor. Maar voor de atleten die het niet breed hebben, is dat geld heel fijn. Wanneer je jong bent doe je zoveel voor je sport.”

Vijf plakken pakte Schouten in totaal. | Foto: Vincent Riemersma

Jochem Uytdehaage, die tweemaal goud en een zilveren plak won in 2002, is eveneens tegen de afschaffing van de medaillebonus. “De atleten betekenen tijdens de Spelen veel voor Nederland, iedereen loopt ermee te koop. Het is heel Hollands om met de bonus te stoppen. Wat mij betreft keer je een lager bedrag uit, belastingvrij. Of je laat de sporters het geld in een potje stoppen voor hun pensioen.”

Jochem Uytdehaage met olympisch goud om de nek
Uytdehaage in 2002 met een van zijn twee gouden plakken. | Foto: Soenar Chamid

“Olympisch kampioenen profiteren vaak via andere wegen, misschien moeten we er wel voor kiezen om alleen zilver en brons een bonus te geven”, filosofeert Uytdehaage verder. Kimberly Bos, winnares van olympisch brons in 2022, kreeg bijvoorbeeld na haar medaille bekendheid in heel Nederland, maar nog niet gelijk financiële zekerheid. “Voor haar is elke 1000 euro er weer eentje”, vertelt Uytdehaage.

“Volgens mij is de basis: Wat moet beloond worden met een geldbedrag? Onze medaillewinnaars, omdat zij een uithangbord zijn voor Nederland en er veel voor doen.”