In de kwalificaties brak Kerstholt vrijdag in de eerste ronde zijn linkerschaats. De volgende rit kwam ook zijn rechterijzer, door een tik van een concurrent, zo uit het lood te staan dat de Utrechter genoodzaakt was om voor de wedstrijd van zaterdag beide ijzers te vervangen. “Ik wankelde een beetje en kon mijn glijmoment niet vinden. Maar als je niet goed schaatst kan je ook goede resultaten boeken als je op het juiste moment op de juiste plaats bent”, aldus Kerstholt.

Dat liet de 29-jarige shorttracker zien in de halve finale. Voor Kerstholt, die in derde positie reed, kwam de Canadees Francois Hamelin ten val. “Ik wist: nu moet ik het waarmaken. Ik moet die Koreaan (Da Woon Sin, red.) afhouden en ik hou ‘m af”, aldus Kerstholt, die op de streep tweehonderdste van een seconde overhield en zich daarmee verzekerde van de finale.

In de eindstrijd kwam hij tekort op de Chinese winnaar Wenhao Liang, Olympisch kampioen Charles Hamelin en wereldkampioen Olivier Jean. Toch keek Kerstholt, die later op de avond onderuit ging op de aflossing, met een tevreden gevoel terug op zijn eerste sprintfinale in de wereldbeker. “Het grootste deel van je prestatie zit tussen je oren. Ik heb vandaag de knop omgezet. Daar ben ik trots op.”

Dat zijn prestatie een nominatie opleverde vindt Kerstholt, die al bij twee winterspelen aan de start stond, mooi. “Je kan wel zeggen dat het niet belangrijk is, maar mij geeft het net dat beetje rust in mijn hoofd”, aldus de Utrechter, die zich voor de Olympische Spelen van Vancouver pas op het laatste moment wist te kwalificeren. “Ik heb het twee keer op een andere manier gedaan. Gelijk nomineren is mooi, dan heb je de helft vast op zak.”

Kerstholt bewees zichzelf vandaag een goede dienst. “Ook bij de Spelen zijn er ritten waar je moet staan en dan móet ik er ook staan. In Sochi wil ik meer dan alleen mee schaatsen. Die top tien heb ik wel gezien.”