De tiende. Woensdag 3 februari 1954. 'Dit was een gemakkelijke tocht'

Top-3: 1. Jeen van den Berg, 2. Aad de Koning, 3. Jan Charisius, allen in 7.35 uur
Wedstrijd: 138 deelnemers, 62 gefinisht
Toertocht: 2597 deelnemers, 2142 gefinisht
IJsdikte: 35,1 centimeter
Bijzonderheden: 82,5 procent van het aantal toerrijders dat deze woensdag de ronde door Friesland schaatste, bereikte de eindstreep. Het moge duidelijk zijn: een record in de geschiedenis van het evenement, dat was te danken aan het zachte weer en de uitstekende ijsomstandigheden. Daar profiteerden de wedstrijdrijders natuurlijk ook van. Waar Sietze de Groot, een slager uit Weidum, in 1942 met zijn medevluchters Durk de Jong en Jan van der Bij de klok stilzette op acht uur en 44 minuten en een recordtijd realiseerde, waren in de tiende editie 31 mannen minder lang onderweg geweest dan dit trio. Om 13.35 uur was Jeen van den Berg de eerste die zich meldde.

Tot die omvangrijke groep van rappe rijders behoorden drie militairen. Op voorspraak van de minister van Oorlog, Kees Staf, stonden honderdvijftig (al dan niet dienstplichtige) soldaten ingeschreven: negentig namens de landmacht, en twee keer dertig die de marine en luchtmacht dienden. Van dat ‘leger’ was dienstplichtig soldaat P. Zwart uit Warga de beste: hij finishte als tiende in de wedstrijd, na acht uur en zeven minuten. Korporaal Maus Wijnhout van het korps commandotroepen werd vijftiende in dezelfde tijd, en de marechaussee Henny Ottenschot kwam uit op 8.34 uur, als 27e op de lijst.

Jeen van den Berg met reporter Fenno Schoustra
Net binnen na de supersnelle tocht wordt Jeen de oren van het hoofd gevraagd door Fenno Schoustra. | Foto: Elfstedentocht - De schaatsen scherp

JEEN. De Elfstedengeschiedenis kan niet bestaan zonder deze pientere schaatsheld, een onderwijzer uit Nij Beets (Fr), overleden in 2014 op 86-jarige leeftijd. Zeven keer was hij present, tussen 1947 en 1997 ontbrak zijn naam niet op de deelnemerslijst. Op een bescheiden debuut (24e) liet hij een klinkende zege volgen in 1954. In de ‘hel van 1963’ eindigde hij als derde, en in 1956 werd hem de overwinning in de schoot geworpen nadat de top-5 (allen samen over de streep gekomen) was gediskwalificeerd. Die prijs weigerde hij. Van den Berg maakte ook deel uit van de kernploeg, streed mee op de WK’s allround van 1957 tot en met 1960, schaatste op de Winterspelen van 1956 en 1960 en had vijf jaar lang het nationaal record op de drie kilometer in zijn bezit (5.09,4). Verder staat hij geregistreerd als de eerste Nederlands kampioen marathonschaatsen en deed hij in 1999 een geslaagde gooi naar de wereldtitel allround voor schaatsers boven de 70 jaar!

Wat vaststaat, genoteerd in de honderden krantenverslagen en andere kronieken van de wedstrijd, is dat Van den Berg in 1954 een slimme race schaatste. Heel anders bijvoorbeeld dan de onstuimige Wierd Wijnia uit Cornwerd. De veeboer was waarschijnlijk zo lyrisch over de uitstekende omstandigheden dat hij er van meet af aan een moordend tempo op nahield. Zo legde hij onbewust de basis voor het snelheidsrecord.

Tot voorbij Bolsward (ruim honderd kilometer) was hij bijna niet uit de top-10 te slaan bij de passage van de stempelposten, zo wezen de tussenstanden in de dagbladen uit.

Het vertrek van de broers Leffertstra in Leeuwarden
De broers Leffertstra bij de start in Leeuwarden. | Foto: Schaatsmuseum Hindeloopen
Stempelen in Dokkum: Nauta, Leffertstra, Van den Berg en Verhoeven.
Stempelen in Dokkum: Nauta, Leffertstra, Van den Berg en Verhoeven. | Foto: Schaatsmuseum Hindeloopen
  1. Sneek, 21 km, houthandel Van der Werf: 1e Wijnia. Doorkomsttijd: 6.52 uur.
  2. IJlst, 24 km, schaatsenfabriek Nauta: 5e Wijnia. Doorkomsttijd: 6.59 uur.
  3. Sloten, 40 km, café De Jong: 3e Wijnia. Doorkomsttijd: 7.30 uur.
  4. Staveren, 66 km, café Kuperus: 7e Wijnia. Doorkomsttijd: 8.25 uur.
  5. Hindeloopen, 75 km, gemeentehuis: Wijnia niet bij 1e 10. Doorkomsttijd: 8.52 uur.
  6. Workum, 86 km, smederij Molenaar: 3e Wijnia. Doorkomsttijd: 9.13 uur.
  7. Bolsward, 98 km, café Boermans: 3e Wijnia. Doorkomsttijd: 9.45 uur.
  8. Harlingen, 117 km: de Schouwburg: kopgroep van 6. Doorkomsttijd: 10.28 uur.
  9. Franeker, 129 km, café Saakstra: kopgroep van 6. Doorkomsttijd: 10.58 uur.
  10. Dokkum, 175 km, tandarts Beetstra, kopgroep van 6. Doorkomsttijd: 12.44 uur. Koers richting Leeuwarden.

Wijnia bekocht zijn inspanningen op het gedeelte tussen Bolsward en Harlingen. Om precies te zijn: op het traject Witmarsum-Kimswerd. Hevige krampaanvallen in de benen kostten hem de kop, toen de ‘zuinig’ rijdende kerels er een lap op gaven. Jan Charisius, die uiteindelijk als derde in de uitslag terecht zou komen, reed met hem aan de leiding; waar Wijnia’s onderdanen blokkeerden en geen antwoord hadden op de demarrage van een vijftal, slaagde Charisius er wel in om adequaat te reageren. Hij kon aansluiten bij Jeen van den Berg, Aad de Koning, Klaas Leffertstra, Jeen Nauta en Anton Verhoeven. Dat zestal veranderde in een soort hogesnelheidstrein die in Harlingen reeds twee minuten voorsprong had op de achtervolgers, en een half uur later – in Franeker – was die marge al verdubbeld.

In deze beslissende fase van de tocht duikelde Wijnia toch weer energie op om de achtervolging in te zetten. Dat draaide weliswaar uit op een kansloze missie, maar zijn uitlooppoging met Jan van der Hoorn en Henk Lamberts zag hij na 199 kilometer beloond met een stevige klassering in de eerste tien: zevende.

Dat was 24 minuten nadat zich in Leeuwarden een ietwat curieuze finale had afgespeeld. Als gevolg van een bedenkelijke ijskwaliteit onder de Noorderbrug (die de avond ervoor nog even werd gecontroleerd en toen bleek er slechts drie centimeter te liggen) moest er een extra kluunplaats via een twintig meter lange trap worden aangelegd. De hindernis, niet erg zichtbaar door de vele toeschouwers die de apotheose zo goed mogelijk wilden volgen, ontdekte Van den Berg als eerste. Hij sprintte erheen, rende naar boven en weer beneden, richting finishlijn. Althans, op het bord stond, niet te missen: EINDSTREEP. De kleinere letters eronder zagen de rijders niet. 500 meter verder…. Jeen hoorde het volk brullen dat hij nog een halve kilometer door moest. En de motor sloeg opnieuw aan, en brulde als vanouds tot hij in de armen van zijn dolgelukkige moeder gleed…

Stempeldrukte in Harlingen (rechts Jeen van den Berg)
Drukte en stress bij het stempelen in Harlingen. Rechts vooraan is Jeen (zwarte muts) te zien. | Foto: Schaatsmuseum Hindeloopen

‘Je moet bij de finish in Leeuwarden altijd geluk hebben’, mochten de reporters optekenen. ‘Dat we geacht werden nog eens vijfhonderd meter door te schaatsen, had ik niet gelezen. Het waren mensen in het publiek die me vermaanden toen ik begon te juichen’, aldus Van den Berg, die zich op een kilometer of vier van de aankomst de koppositie had ingenomen. ‘Dat was de beste positie als we straks in de stad bij verschillende bochten nog moeilijkheden zouden krijgen, was de gedachte. Ik heb geprobeerd de anderen los te rijden, maar dat lukte niet. We waren alle zes nog erg fris.

‘Ik vond het een gemakkelijke tocht. Het was mooi weer, het was prachtig. Het is jammer dat mijn vrouw dit succes niet kon meemaken. Zij heeft het aan de radio gevolgd’, verklaarde Van den Berg, die met de grootst mogelijke moeite op zijn school een snipperdag had kunnen regelen om de grootste prijs van zijn leven binnen te hengelen. De verkregen vrije uren zou hij naderhand inhalen.

Aaltje van Dellen-Sijbesma
De eerste vrouw in de Elfstedentocht van 1954: Aaltje van Dellen-Sijbesma. | Foto: Schaatsmuseum Hindeloopen