Kerstholt, die al sinds 2003 op internationaal niveau acteert en aan zijn zesde individuele wereldkampioenschap begint, staat in Sheffield met het aflossingsteam voor het eerst op een WK. “Het is wonderbaarlijk dat het nooit eerder is gelukt. We hadden al eerder een goed team. Het mooie is dat we nu derde van de wereld zijn. We zijn gelijk kanshebber. Als dat niet zo is, dan moet je ook niet naar een WK gaan.”
Samen met zijn ploeggenoten Daan Breeuwsma, Sjinkie Knegt en Freek van der Wart sleepte de Utrechter dit seizoen op de aflossing de ene na de andere prijs in de wacht. Nederland werd in januari voor eigen publiek Europees kampioen. De ploeg drong twee keer door tot de finale in de wereldbeker en zette dat om in goud en brons. En in het wereldbekerklassement eindigde het team als derde, voor grote shorttracklanden als China en de Verenigde Staten.
Door de derde plek in het klassement heeft Nederland bij de WK een mooie uitgangspositie. In de halve finale treft de ploeg de teams van Zuid-Korea, Frankrijk en Duitsland. “We rijden tegen teams die we kunnen hebben, dan moet je ook de finale halen”, aldus Kersholt. “Er zijn moeilijkere halve finales, maar het wordt zeker niet makkelijk. Het zijn toch drie lastige tegenstanders. We rijden alle vier sterk en moeten zorgen dat we scherp zijn en foutjes uitsluiten”, vult ploeggenoot Van der Wart aan.
Een jaar eerder miste de Nederlandse mannenploeg net kwalificatie voor de Olympische Spelen in Vancouver. Een diskwalificatie in het tweede kwalificatietoernooi kostte de Nederlandse ploeg een finaleplek én de Spelen. Kerstholt plaatste zich wel individueel, Van der Wart ging alleen naar Vancouver als trainingsmaatje.
“Natuurlijk had ik daar ook liever gestaan. Voor mezelf heb ik besloten ‘dat wil ik niet weer’. Van daaruit kan je verder werken. Ik wil zo goed worden dat je niet meer afhankelijk hoeft te zijn van kleine dingen”, legt Van der Wart uit. “Over drie jaar zijn de Spelen van Sochii alweer. Daar wil ik een veel grotere glimlach aan over houden dan aan Vancouver.”
Voor Kerstholt komen de prestaties dit seizoen niet als een verrassing. “De ploeg is in de volgende versnelling gekomen, de turbo staat erop. Dit jaar zijn onze rondetijden tweetiende van een seconde gezakt in Heerenveen. We waren al goed op elkaar ingespeeld, maar ons team is sterker geworden. Natuurlijk moet je ook leren winnen en niet bang zijn. Maar je gaat als winnaar schaatsen als de basis er is, hard rijden.”
De ambities van de twee Nederlandse shorttrackers voor het WK zijn duidelijk. “We hebben bewezen dat we sterk rijden. De andere teams zullen rekening met ons houden. We zijn een gevaarlijke outsider”, verwacht Van der Wart. “We willen zondag op dat podium staan, dat zit erin. We kunnen bij ieder team bijblijven en van ze winnen.”
“Op een WK wordt zo agressief gereden. Als je ietsje minder bent of een foutje maakt, dan lig je eruit”, constateert Kerstholt. “Er zijn mooie dingen mogelijk. Ik kijk er naar uit.”