Op de indoorbaan van Geisingen verscheen Lianne van Loon op vier afstanden aan de start, waarbij ze het beste resultaat haalde op de puntenkoers. “Na acht rondes zag ik twee meiden wegspringen en ik wist dat ik achter ze aan moest. Het bleek het juiste moment. Met behulp van mijn teamgenotes Jet Fransen, die in de kopgroep wat werk voor me kon verrichten, en Alicia Delhommais, die de snelheid uit het peloton haalde, kon ik veel punten pakken. Ik had graag gewonnen, maar Fernanda (Moncada, uit Ethiopië) was sterker. Met het hoge niveau hier mag ik niet klagen met deze tweede plaats.”

Op de 200 meter van de dobbin sprint was er een elfde plaats in een tijd van 15,259, nadat Van Loon eerder in de kwalificaties 15,222 had neergezet. “Dat onderdeel ging heel goed. In de voorrondes reed ik een dik persoonlijk record, waardoor ik me plaatste voor de finale. Om die eindstrijd te mogen rijden in zo’n sterk deelnemersveld en met een hele show eromheen, dat stond wel op mijn bucketlist. De race was direct na de puntenkoers, waardoor ik geen toptijd kon rijden. Maar 15,259 was nog steeds goed en ik vond het heel vet om onderdeel te zijn van dit spektakel.”

De kwartfinales van de 500 meter waren het eindstation voor Van Loon, wat leidde tot een twaalfde plaats. “Ook een prima resultaat.” Op de afvalkoers van zondag was het een zwaardere strijd. “Dat is mijn minste onderdeel. Ik werd dit keer veertiende. Elke keer hoop ik dat het beter gaat, al was het wel mijn beste resultaat hier op de afvalkoers. Het was niet voldoende om in het eindklassement op het podium te eindigen. Ik moet het manoeuvreren in het peloton beter onder de knie krijgen, zodat ik in het vervolg op het podium kan eindigen in het klassement van een Europacup. Ik ben in ieder geval op de goede weg dit seizoen.”

De Nederlandse mannen lukten het niet voorin mee te doen. Christian Haasjes kon een vierde plek op de puntenkoers van Groβ-Gerau geen vervolg geven. In Geisingen werd hij twintigste. Kay Schipper reed naar de dertiende tijd op de dobbin sprint.