Meerdere schaatsers hebben deze zaterdag hun eerste wedstrijdmeters van het olympisch seizoen afgewerkt. Op de 500 meter openden Jutta Leerdam (38,06) en Dai Dai N’tab (35,17) sneller dan afgelopen winter.
De eerste krachtmeting van de winter: voor de ene rijder een belangrijke graadmeter, voor de ander vooral moment om de technische verbeteringen van de trainingen in de praktijk te brengen. Jutta Leerdam was de beste van de middag op het kortste nummer. Ze bleef net boven de grens met de 37 seconden en klokte 38,06. Daarmee is ze ruim een tiende sneller dan haar aftrap vorig seizoen (38,17).
Bovendien won Leerdam het Westlandse onderonsje, ze troefde Dione Voskamp af, die 38,21 klokte. “We konden er een mooie strijd van maken”, blikt Voskamp terug. “Voor een eerste race is dit een prima resultaat. Ik moet opnieuw leren met de spanning van een wedstrijdje om te gaan. Het is even geleden, dus je moet wel nadenken over hoe je alles aanpakt. Ik heb mij gefocust op de technische puntjes, zodat ik mijn aandacht erbij houd. Ik ben niet bezig met tijden, alleen met de technische uitvoering.” Tussen Leerdam en Voskamp nestelde Naomi Verkerk zich met 38,12.
Bij de mannen zette Dai Dai N’tab de snelste tijd neer: 35,17. “Een prima begin”, luidt de conclusie na afloop. “De eerste honderd meter was een beetje rommelig, maar dat is altijd zo tijdens de eerste wedstrijd van de winter.” Bovendien keerde Team IKO-X2O dinsdag terug uit Spanje, waardoor N’tab deze week moest wennen aan het ijs. “Ik mis nog een beetje gewenning. Dat moet de komende weken beter. Verder voel ik me goed. Maar dat mag ook gezien de concurrentie, met jongens als Jenning (de Boo) en Janno (Botman) die vorig jaar hard reden.”
Verwacht overigens niet dat de wedstrijd voor N’tab slechts een formaliteit was. “Ik vind zo’n eerste race even spannend als een WK schaatsen. Na de lunch voelde ik de zenuwen al. Dan ben je 31 en hoop je dat het minder wordt, maar dat gebeurt niet. Misschien heb ik het ook nodig. Anders sta ik te slapen bij de start.”
N’tabs ploeggenoot Mats van den Bos ging het minder goed af. Het twintigjarige talent, dat vorig jaar zijn persoonlijk record aanscherpte tot 34,58, bleef nu steken op 35,78.
Andere opvallende zaken? Kai Verbij meldde zich af voor de 1000 meter en liet daarmee een kans om de limiet voor het NK te rijden schieten, Christian Haasjes schaatste zijn vijf kilometer met aerodynamische helm en haalde negen seconden van zijn persoonlijk record af (nu 6.35,94) en het marathononderonsje op de vijf kilometer werd gewonnen door Harm Visser (6.28,62), net voor zijn oude ploeggenoot Mats Stoltenborg (6.28,84).
