Kramer wil beter worden dan hij ooit was
HEERENVEEN - De lentebloemen ontworstelden zich weken geleden al aan de bodem. Lammetjes dartelen al enige tijd in de wei. En wat doet Sven Kramer deze week? Schaatsen.
''Tsja, ik kan ook niet zeggen: ik doe niet meer mee, want het is te mooi weer. Ik ga fietsen'', sprak hij lachend, terwijl hij uitkeek op een 'groen' Wolvega.
Kramer is vrijdag tijdens de WK afstanden in Heerenveen één van de favorieten op de vijf kilometer. De 25-jarige Fries levert in het uitverkochte Thialf een ongetwijfeld spannend gevecht met zijn grootste concurrent, Bob de Jong.
Nadat Kramer twee weken geleden in Berlijn zijn landgenoot trakteerde op een nederlaag, hoopt de kopman van TVM dat scenario nogmaals te volgen.
''Maar dit WK zal mijn seizoen niet maken of breken'', zei de rijder, die zijn comeback maakte na een slepende beenblessure. ''Ik zit niet in een ideale situatie en ben toch Europees en wereldkampioen allround. Dat had ik van tevoren nooit gedacht. En nu hoop ik het seizoen mooi te kunnen afsluiten.''
Toch kijkt Kramer al verder dan de lente lang is. Na twee zomers waarin hij - vanwege die kwetsuur - niet optimaal kon trainen, kan hij niet wachten om eindelijk een stevig fundament te leggen voor het volgende schaatsjaar.
Terwijl hij normaal gesproken in maart snakte naar de vakantie, hunkert de trots van Oudeschoot nu naar het dagelijkse beulswerk op de fiets of in het krachthonk.
''Ik wil beter worden dan ik geweest ben'', legde hij uit. ''En dus moet ik een stap maken naar mijn beste niveau ooit. Dat betekent dat ik in Europa een 5000 meter onder de 6.10 moet schaatsen, want dan kan je op een hooglandbaan aan een wereldrecord denken.''
De jaren richting de Winterspelen van Vancouver verzette Kramer steevast zo veel arbeid in de zomer dat hij vol zelfvertrouwen aan het nieuwe seizoen begon.
''Ik wist in november dat er niemand meer getraind had dan ik. Dat gaf me veel zelfvertrouwen. Dat had ik nodig, misschien meer mentaal dan fysiek. Maar of dit nou het slimste was''
De vraag stellen is hem beantwoorden. Kramer is er dit jaar ook achtergekomen dat hij wellicht juist met iets minder trainen nóg harder kan schaatsen. Want anders was hij na een 'rustige' zomer nooit zo overtuigend Europees en wereldkampioen allround geworden.
En dus ligt de komende jaren zijn grootste uitdaging wellicht niet in de winter, maar in de zomermaanden. Om slimmer te trainen, in plaats van harder.
Maar dat is voor tempobeul Kramer makkelijker gezegd dan gedaan: ''Vier uur lang je het snot voor de ogen fietsen, is soms wel mooier dan een World Cup rijden.''