De Fries was blij dat hij met zijn ploeggenoot Jan Blokhuijsen als laatste op het ijs mocht. “Dat je in de laatste rit maakt de dag wel een stuk relaxter.” De race verliep wel goed, maar niet gemakkelijk. “Het was zwaar. Absoluut zwaarder dan in Berlijn”, blikte Kramer terug naar de vijf kilometer bij de Essent World Cup-finale.

“Met vier ronden te gaan keek ik naar het scorebord en zag ik -2 staan. Toen dacht ik: dat zal ik niet meer weggeven”, vertelde Kramer. Met twee wat mindere laatste rondes hield hij toch nog anderhalve seconde op Bob de Jong over. “Het is de tweede tijd die ik ooit in Thialf gereden heb. Ik heb niets te klagen.”

Kramers seizoen stond van tevoren in het teken van revalideren en opbouwen. Het enige sportieve doel lag op de vijf kilometer bij de Essent ISU WK Afstanden in Heerenveen. De laatste wedstrijd van de winter.

Onderweg bleek Kramer echter al veel vroeger in vorm. Hij werd Europees en wereldkampioen allround. Tot zijn eigen verrassing. “Ik was verbaasd. Echt verbaasd. Vooral de snelheid waarmee ik ben teruggekomen”, vertelde hij. “Maar ja, je moet pakken wat je pakken kan”, lachte hij.

Het feit dat de 5000 meter in Thialf al ver van tevoren zo belangrijk was, maakte het een bijzondere wereldtitel. “Door de keuzes die ik gemaakt heb, is er op deze wedstrijd wel meer druk komen te liggen.”