"Ik heb dit jaar een paar keer laten zien dat ik dicht in de buurt kan komen. Zeker op de Spelen heb ik op de vijf- en tien kilometer kunnen vechten om een podiumplaats en op de eerste afstand in Sotsji kwam ik daar dicht in de buurt", zegt de Belg na afloop van het toernooi in Heerenveen.
Swings heeft dan ook het idee dat het verschil tussen hem en de Nederlanders helemaal niet zo groot is als misschien wel wordt gedacht. "Ik kom steeds iets dichter bij. Als ik een goede voorbereiding kan draaien, doe ik volgend jaar mee om het podium."
Dat hem dat bij dit WK allround, in tegenstelling tot dat van een jaar eerder, niet lukte, was volgens Swings vooral te wijten aan het lange seizoen. "Op de vijf kilometer ging ik helemaal kapot. Dat laat zien dat de tank gewoon leeg is. Dat is het verschil met hoe het normaal gaat."
Håvard Bøkko lijkt op zijn beurt niet echt te weten hoe hij de Nederlanders gaat verslaan. In de afgelopen zes seizoenen eindigde de Noor vijf keer op het podium bij het WK allround, maar nu kwam hij daar met een zesde plaats niet eens in de buurt.
"Ik weet niet waar het precies mis gaat of wat ik anders zou moeten doen. Het is duidelijk dat ik op een hoger niveau gereden heb en daar wil ik weer heen. Nu moet ik dus gaan nadenken hoe. De laatste elf maanden was ik erg gefocust, maar het is moeilijk als dat niet blijkt te werken", zegt hij.
Toch denkt Bøkko dat het in theorie mogelijk moet zijn om weer hoge ogen te gaan gooien. "Ik en andere Noorse schaatsers hebben genoeg talent om met de Nederlanders te kunnen concurreren. Het verschil zit denk ik in kleine trainbare dingen. We zullen hard moeten werken en dan afwachten."