“Dit was het hoogst haalbare”, moest hij concluderen na het kampioenschap. De 23-jarige Fries schaatst sinds de wereldbeker in Shanghai niet lekker. Een week daarvoor zette Knegt een mooie prestatie neer met brons op de 1500 meter. “De eerste World Cup was ik echt nog goed, maar een week later voelde ik me heel zwak.” Aan zijn uitslagen was dat niet af te lezen. Knegt eindigde bij die wedstrijd twee keer als achtste en greep zilver met de mannenploeg.
Een verklaring heeft hij niet. “Ik weet het niet en dat is juist het probleem. Anders kun je er wat aan doen.” Met vorm heeft het niks te maken, stelt hij. “Het is zo’n groot verschil. In één week tijd kun je niet je vorm verliezen.”
De beste shorttracker van Europa kan alle trainingen volgen. Fietsen gaat lekker, op de langebaan legt hij met gemak een vijf kilometer af en bij de krachttraining tilt hij zwaardere gewichten dan ooit. Alleen op de shorttrackbaan gaat het mis. “Na vier of vijf ronden lopen mijn benen vol. Schaatstechnisch gaat het best goed. Een technische relay is geen probleem. Maar bij het zware duurwerk, als ik lang in mijn hoeken moet, dan blaas ik mezelf op.”
Op het moment gaan de shorttracktrainingen met ups en downs. Bij de timetrials afgelopen week schaatste Knegt een goede tijdrit over vier ronden. “Die was sterk. Ik zat dicht op Freek en Niels (Van der Wart en Kerstholt, red.).” De tijdrit over 1000 meter stond anderhalf uur later op het programma. Een wereld van verschil voor Knegt, die niet verder kwam dan de zevende plaats. “Bij de start voelde het alsof ik al een duurblok van vijf minuten in de benen had.”
Het EK in Malmö staat over twee weken voor de deur. Daar verdedigt Knegt zijn Europese titel. Grote zorgen maakt hij zich nog niet. “Als het in een week is ontstaan, dan kan het ook ineens terug zijn”, zegt hij nuchter. “Ik ga niet bij de pakken neerzitten. We zijn aan het uitzoeken wat het is en ik probeer veel rust te pakken. Best moeilijk als je je niet moe voelt.”