Over het verloop van de eindstrijd was de voormalig Europees kampioen minder te spreken. Knegt baalde zichtbaar, had zich er meer van voorgesteld. Hij wilde juist een passeerbeweging inzetten op koploper Patrick Duffy, toen de Canadees onderuit slipte.
"Hij tikte nog net het puntje van mijn mes aan met zijn hand. Dan ben je even uit onbalans en verlies je snelheid. Dan is het gelijk klaar." De finale had meer strijd verdiend. Zeker na zijn prachtige halve finale, waarin de 25-jarige Fries met een onnavolgbare manoeuvre in de laatste bocht kwalificatie afdwong.
Met drie man op een rij de bocht in en natuurlijk komt Knegt er als snelste uit, het is bijna een rekensom met standaard dezelfde uitkomst.
"Die Koreaan sprong erin en ik dacht 'ik duik er achteraan' en dan zie ik het wel. Hij overdraaide zich en ik kon die bocht houden. Dat ging mooi, maar was misschien meer geluk dan wijsheid", keek Knegt terug.
Bondscoach Jeroen Otter had langs de kant genoten. "Zo'n race is echt een visitekaartje. Met zulke 'moves' op die snelheden kijk je bijna naar Cirque du Soleil. En Sjinkie kan dat gerommel op de vierkante meter als geen ander."
Otter kon na de eerste twee dagen tevreden terugkijken. Zijn rijders dwongen in de kwalificaties tien plaatsen af in het hoofdtoernooi. Slechts twee vrouwen staan, na het afhaken van Jorien ter Mors (overbelasting) en Yara van Kerkhof (rugblessure), in Salt Lake City aan de start. Beiden overstegen zichzelf door op twee afstanden de finalerondes te bereiken.
"Als je kijkt met welke tegenslagen we afreisden, dan is dit een mooi begin. Zeker de 'rookies' hebben het leuk gedaan. Itzhak (De Laat, red.) bereikt hier de finalerondes."
Op de aflossing hadden die jonge rijders een grote rol. Vrijdag kwam De Laat in actie in de mannenploeg, zaterdag was het de beurt aan Mark Prinsen. Oranje, regerend wereldkampioen op dit onderdeel, moest Zuid-Korea en olympisch kampioen Rusland echter laten lopen en dus rest zondag de B-finale.
"Met hoe de nieuwe jongens hebben gereden, mag je zeker niet klagen", stelde Knegt, die met het team slechts driehonderdste van een seconde boven het Nederlands record bleef steken. "We hebben alle vier alles gegeven. Op dit moment is het niet anders."
Zo reëel was Otter ook. “Het is vervelend om te zeggen, maar Korea en Rusland zijn op dit moment de sterkste teams. We hadden moeite met volgen en Sjinkie kan vier of vijf keer een gat dichtrijden, maar dan houdt het op. Maar laten we eerlijk zijn, wij zijn nooit op ons best bij de eerste wereldbeker.”
Lichtpuntje bij de vrouwen was de zesde plaats van Lara van Ruijven op de 1000 meter. “Lara is echt goed gaan rijden. Nu nog zorgen dat ze fysiek fit wordt. Technisch loopt het en tactisch maakt ze de juiste beslissingen.”