De junioren heren leek op voorhand al geen spannende strijd meer te gaan opleveren om de eerste plaats, aangezien Thomas Kennes (MSB) ruim aan de leiding ging. Wat wel spannend had kunnen worden, is of Kennes voldoende punten zou behalen om zichzelf Nederlands kampioen bij de junioren heren te mogen noemen. In de korte kür had hij een score van 32.92 punten behaald en voor de titel had hij in totaal 105 nodig.
Met een sterke lange kür kwam hij daar ruim aan, want in de lange kür werd hij door de jury beloond met 87.75 punten. In het eindklassement pakte hij met 120.85 ruim de winst en de Nederlandse titel. Hij liet een goede dubbele axel zien en daarna een mooie drievoudige salchow. Bij de tweede dubbele axel kwam hij ten val, maar hij pakte in het tweede deel van de kür veel bonuspunten door drie combinaties te laten zien met een perfecte uitvoering. Op muziek van Tango sur Glace was hij in vergelijking met zijn concurrenten ook een klasse apart in de componenten. Het stadion ontplofte bijna toen de eindscore van Kennes op het scherm verscheen.
Het zilver was voor Sebastian Mellab (KVR), die Michel Tsiba (HYH) voorbijstreefde in de lange kür. De openingsprong, een dubbele flip, ging nog mis, maar daarna herpakte hij zich en liet een goede dubbel axel zien. Bij de tweede poging kon hij daar geen goed vervolg van laten zien en viel hij hard. Hij liet zich niet van de wijs brengen en deed nog een aantal goede dubbele sprongen. Op muziek van het Zwanenmeer behaalde hij in de lange kür 53.19 punten, wat hem een totaalscore opleverde van 79.06 punten.
Michel Tsiba van de Haagsche IJsclub Houtrust moest genoegen nemen met het brons. Hij kwam met drie drievoudige sprongen hard ten val. De dubbele axel waar hij mee opende kon hij net houden en later in zijn kür pakte hij nog wat punten op dubbele sprongen, maar liet punten liggen door enkel te springen. Hij eindigde met 48.36 in de lange kür en 76.38 in het eindklassement op de derde plaats.
Niki Wories van de Kunstrijclub Groningen ging na de korte kür al aan de leiding en wist ook op de lange kür de eerste plaats te bemachtigen. Lukte zaterdag in de korte kür de dubbele axel zonder problemen, in de lange kür was het tot twee keer toe haar struikelblok. Waar ze in de korte kür de drievoudige flip op dubbel opende, ging ze er in de lange kür echter volledig voor. De sprong was nog niet perfect, maar een mooie opsteker voor het Nederlandse kunstrijden bij de junioren.
Ze volbracht haar interessante kür op muziek van Ravelijn nog met een aantal goede dubbele sprongen en schaatste zo 69.04 punten bij elkaar. Het leverde haar in het totaalklassement 106.06 punten op, waarmee ze ruim aan de gestelde eis van 90 punten voor de titel kwam.
Het zilver ging naar Anne-Sophie Goossens van de Bossche Kunstrijvereniging. Ze liet een veelvoud aan combinatiesprongen zien, maar probeerde geen dubbele axel. Met name in de tweede cijferreeks pakte ze goede punten door haar goede kantenwerk en presentatie. De jury beoordeelde haar kür met 65.36 punten waarmee haar totaal op 99.62 punten kwam.
Janne van den Biggelaar, die na de korte kür nog op de tweede plaats stond, zakte een plaats in de lange kür en mag de bronzen medaille mee naar huis nemen. Van den Biggelaar opende met een hoge dubbele flip en ging daarna voor de dubbele axel, die niet helemaal rond was maar die ze wel bleef staan. Ze leek op een vrijwel foutloos programma af te stevenen, maar kwam ten val bij de dubbele lutz. De afsluiting was erg sterk met een dubbele flip gecombineerd met twee dubbele rittbergers. Met de interpretatie van het Zwanenmeer kwam haar score van de lange kür op 62.74 punten en de totaalscore van het hele weekend op 98.77 punten.