Wat ga je na de Winterspelen van Sotsji doen?
"Ha! Ik weet het nog niet. Je hoeft er geen rekening mee te houden dat ik op 1 mei 2014 ben begonnen met een schaatsploeg. Dat weet ik zeker."
Ga je er een half jaar tussenuit, bedoel je dat?
"Ik ga na Sotsji eerst een poosje niets doen. Twee, drie, vier maanden. Ik zie wel wat er op me afkomt. Het alles overschrijdende doel Sotsji staat zo centraal dat ik niet wil denken over de toekomst daarna."
En dat je na twee maanden zegt: het bevalt zo goed, ik verleng de pauze en voor je het weet ben je een half jaar weg?
"Ik sta open voor alles. Ik zie wel. Sotsji is een mooi moment, na dat eindstation kan ik gaan bezinnen."
Is het voorstelbaar dat je helemaal gaat stoppen?
"Ja."
Waarom zou je stoppen met coachen?
"Dat zal met privézaken te maken hebben. Of ze moeten me niet meer in de schaatssport - wat heel gezond zou zijn, haha - of ik kies duidelijk een keer voor mijn privéleven."
Die keuze heb je nog niet gemaakt?
"Hoef je me de komende twaalf maanden ook niet naar te vragen."
Ben je bang voor die maanden of kijk je ernaar uit?
"Ik kijk ernaar uit. Leuk! Ik kijk uit naar een mooie zomer, het scherp worden in de aanloop naar Sotsji, dan Sotsji en daarna even de boel de boel laten."
Kijken ze er thuis ook naar uit? Je bent meer dan tweehonderd dagen per jaar op pad.
"Mijn kinderen zijn nu zeven en tien en nog te klein om dat te vragen, denk ik. Ze weten niet beter. En Elke, mijn vrouw, weet eigenlijk ook niet beter."
En jij?
"Als ik eerlijk ben denk ik dat ik degene ben die het meeste ernaar uitkijk. Ik kan niet ontkennen dat er bij mij interesse is naar een situatie waarin ik meer thuis ben."
Hoe ga je met schaatsers om die achter Sven Kramer schaatsen, met verre doelen en soms die bijbehorende teleurstellingen?
"Zoals met Jan Blokhuijsen, bedoel je dat? Jan is twee keer tweede geëindigd achter Ivan Skobrev en twee keer tweede achter Sven Kramer, dus dan is het doel: hoe worden we kampioen? Voor Jan is het mooi als hij een keertje kan winnen als Sven er bij is. We zijn topsporters en dus proberen we te winnen, maar als dat een keer niet gebeurt, dan heeft iedereen dat maar te slikken."
"Bij mij gaat de relatie verder dan coach-pupil. Ik leer mijn mensen in hun omgeving kennen, zeker als je zo lang met elkaar werkt als ik met Sven en Ireen. Je wordt een keer veertig en 45 en er worden feestjes georganiseerd. Ik heb met mensen te maken, niet met sporters. Het gaat mij er om ieders individuele potentie eruit te halen. Daar zitten momenten in dat ze elkaar moeten helpen en er zitten momenten bij dat ze elkaars concurrenten zijn. Het gaat om een goede wisselwerking."
"Een goede schaatser kan niet zonder een goede omgeving. Ze moeten dus investeren in elkaar. Daar verplicht ik ze toe en daar schrijf ik ook mijn trainingsprogramma’s op. Ik kan me niet voorstellen - en dat ging in de aanloop naar de Winterspelen van Vancouver een klein beetje fout - dat wij in eilandjes willen gaan werken. Wij zúllen elkaar nodig hebben. Individuele sporters worden beter als je met een sterke groep werkt."
Ik kan me voorstellen dat Kramer zoiets sneller accepteert. Die anderen denken eerder dat ze Kramer aan het helpen zijn dan zichzelf?
"Dat vind ik een zwaar onterechte opmerking. Onze Jan is onder de vleugels van Sven enorm gegroeid en je mag niet onderschatten welke bijdrage Sven daaraan heeft geleverd."
Jouw rol als coach van de mens wordt belangrijk op het moment dat een jongen als Blokhuijsen nabij komt en daarna een kleine terugval heeft, waar het nu even weg van heeft?
"Ik word geacht dat overzicht te hebben en dat is soms best moeilijk. In een flow is mijn rol wat gemakkelijker, maar ik heb ook moeten leren te genieten van winst, dat heb ik van de directie van TVM geleerd. Zo gauw er een succes was liep ik rondjes om het hotel met de sporter die verloren had. Daar wilde ik het gesprek mee opstarten en dat feest en het banket, nou dat kon me wat. Ik wandel nu wat vaker naar het feestgedruis."
Is er wel eens een winnaar geweest die je daar op aansprak?
"Ze weten wel hoe ik ben."
Hoe gaat dat vieren bij jullie?
"Niet echt groots. We trekken wel een fles open. Het team is bij elkaar, en de sponsor en de manager. Dat doen we op een plek die de omgeving ons biedt. Net waar we de mensen bij elkaar krijgen. Het gaat mij meer om het gevoel van binnen. Zondagavond na het EK heb ik binnensmonds een glimlach gehad. Zo vier ik het."
Kemkers even later: "Ik kijk nooit naar ranglijstjes. Dat vind ik iets voor na de loopbaan. Ik heb ook geen idee hoeveel titels ik heb behaald. Het zal een flink lijstje zijn. Ik bekijk het per seizoen, net als bij Sven en Ireen. Zij koesteren succes helemaal niet en ze beginnen in april alsof ze junior zijn en dat straalt op ons allemaal af. Er ontstaat nooit iets van: ik ben het, of: ik heb het gedaan. Dat kennen ze helemaal niet."
"Dat is heel knap, er is nooit berusting. Mensen vragen dat wel eens of wij wel eens gesprekken voeren over doelstellingen. Nou leuk, zo’n gesprek met Ireen en Sven. 'Wat gaan we dit jaar eens proberen te halen?' Wat denk je dat het antwoord is? 'Alles'. Ik kan niet aankomen met: 'Laten we een medaille proberen te halen op een WK.'"
Vond de zakelijke leiding van TVM het niet zo sympathiek van je dat je de winnaar geen aandacht gaf?
"Nee, het was uit goede zorg. Als je het succes tot je laat komen voeg je een hele pot energie toe aan jezelf. Dat is ook in het belang van de ploeg en dus ook in het belang van de verliezers. Maar ik hoef zelf niet op een podium te staan. Die erkenning interesseert me geen ene ruk. Alsjeblieft, laat mij met rust en laat me het werk voor die gasten doen en zolang ik hun op een podium kan zetten geniet ik er van. Als er successen zijn loop ik het liefst naar een hoekje toe en kijk vanachter de tribune over een paar schouders heen en dan denk ik: yes. Dan geniet ik intens."
Waarom verstop je je?
"Dat ben ik. Als ik er een verklaring voor moet geven, is het misschien dat mijn eerste loopbaan in de schaatssport op een vervelende manier is geëindigd (door een zwabbervoet stortte zijn techniek in elkaar, red.). Toen heb ik gemerkt wat de prijs was om op een negatieve manier herkend te worden. Ik kwam pas in Amerika weer tot mezelf. Ik hecht veel waarde aan mijn privéleven en mijn rust. Laat mij maar lekker. Ik werk naar succes, niet om zelf op een podium te staan maar om mijn sporters daar te laten staan. En daarna wil ik weer terug in de anonimiteit."
Als schaatser wilde je wel op dat podium staan?
"Ik was achttien jaar! Misschien wilde ik het toen ook wel niet. Wist jij op je achttiende precies wie je was? Ikke niet. Maar eerlijk is eerlijk, ik was in mijn sportcarrière niet de echte killer. Ik moedigde volgens mij net zo hard Hein Vergeer en Leo Visser aan en ik was net zo gelukkig als zij wonnen als wanneer ikzelf won. Dat gedrag wat ik bij Sven en Ireen zie, dat herken ik bij mezelf niet."
Is Sven Kramer gemakkelijker te coachen dan ooit?
"Als een sporter goed in zijn vel zit en het schaatsen naar hem toekomt… maar als coach moet je dan wel attent zijn."
Je weet dan nog niet waarom?
"Er kunnen dingen zijn die straks opeens om de hoek komen en dat je denkt: wow, mijn hemel."
Je zou je zelf dat nooit vergeten als je die bal dan laat vallen?
"Dat klopt, ik zal zeker alles daarvoor doen. Maar ik realiseer me ook wel dat mijn macht niet eindeloos ver reikt."
Heb jij nog hetzelfde wedstrijdgevoel als vroeger?
"Zo! En hoe! Een voordeel van een sporter is dat het gevoel wegvalt als het startschot heeft geklonken. Als coach heb ik vier of vijf schaatsers… De hoeveelheid spanning is meer. Daar doe ik het voor. Als dat weg zou vallen, dan moet ik nadenken of ik verder wil als coach. Jongen, het is toch heerlijk! Ik rijd die wedstrijden net zo hard als zij ze rijden."