Dat drietal maakte deel uit van een kopgroep van zeven, die op het Haarlemse ijs een ronde voorsprong pakte op het peloton. In die groep verder ook vrouwen als Imke Vormeer, Emma Engbers, Ankie IJtsma en Nicky van Leeuwen. Dat is, zacht gezegd, een opmerkelijke samenstelling voor een kopgroep in de Topdivisie. Maar dat had alles te maken met het ontbreken van veel bekende namen, door enerzijds de World Cup in Calgary en anderzijds het WK inline-skaten.
’’Er ontbreken er inderdaad nogal wat’’, gaf Kelly Schouten grif toe. ’’Dat was ook te merken in de wedstrijd, die toch heel anders was dan gebruikelijk. Meestal zijn het de bepalende meiden waar iedereen naar kijkt, maar nu waren die er niet. Eigenlijk wist je nu niet goed op wie je wel moest letten, en dan kan het gebeuren dat er een kopgroep ontstaat zoals deze. Zo’n beetje alle ploegen waren daarin vertegenwoordigd en dan voel je al snel dat zo’n groep de zegen krijgt van de rest.’’
Voor die tijd waren er al diverse ontsnappingen geweest, maar die bleven alle zonder resultaat. Kelly Schouten zat er vaak bij en ze was ook waakzaam op het moment dat de beslissende vlucht ontstond. ’’Er was net een groepje weg geweest, dus er waren veel meiden die moe waren. Ik zag weer een gaatje vallen en voelde dat ik mee moest. Dat bleek een goede zet.’’
Het is misschien de ervaring die ze opdeed in het ploegje met Irene Schouten. ’’Kan zijn. Onbewust heb ik toch veel gekeerd van Irene’’, erkent haar 20-jarige nichtje, afkomstig uit het West-Friese Zwaagdijk. ’’We reden altijd met z’n tweetjes, dus ik was wel vaak bij haar in de buurt.’’
Sinds dit seizoen komt Kelly Schouten uit voor het team van Ziuz. ’’Da’s voor het eerst dat ik echt in een ploeg zit. Dat is wel superleuk. We trainen veel samen en het bevalt me prima.’’ Ze betaalde terug met een mooie overwinning, precies op de dag waarop sponsor Gerrit Baarda er voor het eerst niet bij was. ’’Haha, dat zal hem wel zeer doen.’’
Baarda zou hebben kunnen zien hoe Schouten – studente technische bedrijfskunde - in de kopgroep de finale naar haar hand zetten. Op papier was ze de snelste, ook al was Yvonne Spigt de enige die ervaring had met winnen. ’’Ik voelde ook dat de andere meiden mij als grootste gevaar zagen, doordat ze seeds achter me bleven. Ik wilde zo lang mogelijk wachten met de sprint, zodat ze er niet meer overheen konden komen.’’
Dat lukte, al was het nipt. Yvonne Spigt is weliswaar een specialiste op natuurijs, maar de kleine West-Friezin kan wel goed aankomen. Dat bleek, want het was op de streep nek-aan-nek. Geen van beide durfde te juichen. ’’Ik dacht dat ik kon zien dat ik het net niet was, maar ik was er niet zeker van’’, vertelde Spigt. Schouten was evenmin zeker.
’’Maar ploeggenotes langs de kant vertelden me dat ik het was. Als je dan de bevestiging op het bord ziet, is dat geweldig. Ik heb nooit eerder gewonnen, zelfs nooit eerder op het podium gestaan. Daar werd het eerlijk gezegd na drie seizoenen wel een beetje tijd voor.’’